4e Afd. 27 Januari 1955. de belanghebbende ten spoedigste bij aangetekende brief mededeling wordt gedaan. 2. Indien de schadevergoeding door de gemeenteraad op een lager bedrag wordt vastgesteld dan in het rapport van de commissie is aangegeven, kan de belanghebbende binnen dertig dagen na de verzend'-ig van de beslissing van de raad daartegen voorziening vragen bij Gedeputeerde Staten. Indien tegen het besluit van de gemeenteraad bij Gedeputeerde Staten bezwaren bestaan, herziet de raad datt besluit met inachtneming van die bezwaren, met dien verstande, dat de schadevergoeding niet op een hoger bedrag kan worden vastgesteld dan in het rapport van de com- missie is aangegeven. 3. Indien de gemeenteraad de schadevergoeding niet heeft vastgesteld binnen de in het eerste lid genoemde termijn, wordt die vergoeding geacht te zijn bepaald op het door de schadebeoordelingscommissie voorgestelde bedrag. UITKERING VAN DE SCHADEVERGOEDING. Artikel 8. 1. De ingevolge deze verordening vastgestelde schadevergoeding wordt uitgekeerd a. voor zover zij betreft een onroerend goed of onroerende goederen, die zullen worden bestemd voor een openbaar doel, ten hoogste twee maanden na de vaststelling van de vergoeding, voor zover niet binnen deze termijn een openbaar of hiermede gelijk te stellen lichaam zijn voomemen te kennen heeft gegeven het goed of de goederen, onderscheidenlijk het zakelijk recht van de belanghebben- de (niet eigenaar) op het goed of de goederen, binnen een, jaar te zullen aankopen of onteigenen, en in dit geval ten hoogste twee maanden na verloop van dat jaar, indien de aankoop achterwege is gebleven of de onteigening niet in rechte aanhangig is gemaakt; b. voor zover zij betreft een onroerend goed of onroerende goederen, die niet zullen worden bestemd voor een openbaar doel, ten hoogste twee maanden na de vaststelling van de vergoeding. 2. De vergoeding van de schade kan in overleg met de belanghebbende ook geheel of gedeeltelijk worden gevonden in: a. het geheel of gedeeltelijk aankopen door de gemeente van het getroffen onroerend goed of de getroffen onroerende goederen; b. het ruilen door de gemeente van gelijkwaardig onroerend goed. SLOTBEPALINGEN. Artikel 9. 1. De kosten van de in artikel 5 bedoelde commissie worden door de ge- meente en de belanghebbende ieder voor de helft gedragen. 2. De kosten van de uitzetting, bedoeld in artikel 3, derde lid, worden aanvankelijk door de belanghebbende gedragen, doch voor de helft aan hem gerestitueerd ingeval van toekenning van een schadevergoe- ding krachtens artikel 3 of artikel 4. Artikel 10. Deze verordening is op stedebouwkundige maatregelen, welke tot stand komen ingevolge de artikelen 4, 2e en 3e lid, 5, 18 2e en 3e lid en 24 van de wet van 28 September 1950 S K no. 415, slechts van toepassing, indien en voorzover de uit te betalen schade aan de gemeente wordt gerestitueerd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1955 | | pagina 12