168
30 Juni 1955.
c Het is de heer Zegvvaart helemaal niet te doen om hier sympathieke
a geluiden te doen horen. Bij herhaling beklemt hem de woningnood en dat
6 alleen is voor hem de reden waarom hij niet voor dit voorstel kan zijn.
Men kan, zoals de heer Verhoeven gezegd heeft, woningen bouwen en ook
dergelijke gebouwen. Wat de heer Dijkstra heeft gezegd, n.l. dat de be-
schikbare arbeidskrachten en materialen beter aan woningen kunnen
worden besteed, staat voor spreker zo vast als een paal boven water.
q Bovendien is spreker niet tevreden met de gang van zaken de woning-
bouw betreffende zoals die hier in Heemstede is. Spreker wil daar hier
verder niet op ingaan. De wethouder moge gelijk hebben dat spreker bij
een andere gelegenheid, zoals de bouw van het wijkgebouw aan de Glip,
ook voorgestemd heeft. Spreker heeft altijd in de hoop verkeerd, dat dé
T oplossing van het woningbouwvraagstuk in Heemstede terdege zou' worden
aangepakt. Tot zijn spijt moet spreker constateren, dat tot vandaag zijn
C hoop niet vervuld is. Vandaar dat hij van mening is en blijft, dat hij zijn
goedkeuring aan dit voorstel niet kan geven.
0 Mevrouw van Nispen heeft, zoals we dat van haar gewend zijn, de zaak
zeer idealistisch voorgesteld en gezegd, dat juist in verband met de slechte
huisvesting enz. de mensen expansie nodig hebben. Spreker kan zich echter
e niet voorstellen, dat een jong stel, dat al jaren poogt een gezin te stichten,
L zoet kan worden gehouden met een oefening in een gymnastieklokaai.
i- Naar aanleiding van het gesprokene van de wethouder over kerkenbouw
in het Zuiden, zegt spreker, dat hij inderdaad kerkenbouw, of dat nu een
kerk is voor katholieken of voor een ander kerkgenootschâp, waarschijn-
lijk belangrijker zal vinden dan het bouwen van een sporthuis.
De heer Disselkoen, wethouder, zou zich op dit ogenblik niet willen
wagen aan een afwegen van de noodzakelijkheid van woningen, kerken en
gymnastiekzalen. Wanneer dus de heer Zegwaart zegt, dat hij een kerk
belangrijker vindt dan een gymnastiekzaal, dan gelooft spreker zonder
c meer dat hij dat met hem eens kan zijn. Maar zo ligt de zaak niet. Het
gaat niet om het bouwvolume en ook niet over het afwegen van deze
dingen, het gaat alleen hierover, dat ên het een ên het andere nodig is.
Een volksgemeenschap kan niet wonen als zij ook niet leven kan. Kerken,
ontspanningslokalen, scholen en gymnastiekzalen zijn dan ook even
nodig als woningen. Wij moeten zorgen en trachten de volksgemeenschap
te dienen en aan haar behoeften tegemoet komen. In dit licht gezien,
meent spreker, dat op de ingeslagen weg moet worden voortgegaan. Het
verheugt spreker, dat de heer Verhoeven dit ook gezegd heeft. We be-
hoeven niet te kiezen tussen het een öf het ander. Dat niet meer huizen
gebouwd worden, ligt niet aan een sportgebouw, maar dat komt omdat de
s gemeente geen groter bouwvolume heeft. Spreker kan zich nog voorstellen,
j-r dat men op het standpunt staat, dat het Rijk de bouw van grotere objecten
moet verbieden, hoewel spreker dit standpunt toch onjuist acht, want ook
daarvoor geldt, dat men met woningen alleen een volksgemeenschap geen
huisvesting biedt. Wanneer gehandeld zou worden zoals de heer Zegwaart
wil, dan zou het gevolg alleen zijn, dat er elders in het land wel gym-
nastieklokalen, sportgebouwen, wijkgebouwen en kerken gebouwd zouden
worden en dat in Heemstede, vanwege het beperkte bouwvolume, geen
enkel huis meer wordt gebouwd en dat al die andere dingen, die ook nodig
zijn, achterwege zouden blijven. Waar de raad alleen de belangen van
Heemstede heeft te zien en die moet behartigen, met de mogelijkheden die
wij hier hebben, hoopt spreker, dat dit, naar zijn overtuiging goede voor-
1 stel, met algemene stemmen zal worden aanvaard.
jî| Voor de heer Zegwaart staat vast en daarin is hij het met alle sprekers
eens, dat de volksgezondheid, ook door de raad van Heemstede, in haar
volle omvang moet worden bevorderd. Als dit echter niet in volle omvang
kan en spreker is van oordeel dat het op dit ogenblik niet kan, dan moet
