i
1
a
E
c
a
c
a
c
C'
E
t
a
t
f
Q
C
s
T.
f
C
0
180
30 Juni 1955.
kinderen, hetwelk in sterke mate is toegenomen. Het gebeurt dat er
viermaal per dag wordt gebeld om oude kranten e.d. In de eerste plaats
is dat erg vervelend voor de huisvrouwen, maar in de tweede plaats acht
spreker dit schadelijk voor de mentaliteit van de kinderen, die op zo'n
manier tot een soort bedelarij worden gebracht. Althans wordt hierdoor
de mogelijkheid geschapen dat ze het leren. Spreker vraagt of het niet
mogelijk is, middels de politieverordening daaraan voorgoed een einde te
maken.
De Voorzitter antwoordt, dat het niet mogelijk is daartegen op te
treden. De kinderen vragen het papier voor een bepaald doel en vragen
staat vrij. Dit vragen om papier en ook andere acties voor goede doel-
einden kunnen overlast veroorzaken, maar men kan een papiertje op het
raam plakken dat men geen oud papier heeft of dat men al heeft gekocht.
De heer Scheer ziet deze kwestie meer in zijn algemeenheid. Hij vindt
het onjuist dat die kinderen daartoe gebracht worden. Zolang het niet
verboden wordt, gaan ze er mee door en neemt het toe.
De Voorzitter kan helaas in deze niet politioneel optreden.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
secretaris,
De voorzitter