c s 160 30 Juni 1955. c a E c 1» Q t a T. f- C a T t 0 f f c c f- c De heer Mr Dr van Bruggen kan zich aansluiten bij de mening van de heer Mr Zeelenberg, dat deze tijdelijke ziektekostenregeling absoluut on- bevredigend is. Deze regeling komt eigenlijk hier op neer, dat men een soort van salarisverhoging krijgt. De zekerheid dat de betrokkenen, zoals de bedoeling zou möeten zijn, individueel een ziektekostenverzekering slui- ten, heeft men niet. Zelfs, indien de betrokkenen dat zouden willen, worden bij een individuele ziektekostenverzekering bepaalde aandoeningen, waar- van men vroeger wel eens last heeft gehad, uitgesloten. Om er dan nog maar niet van te spreken dat vrouw en kinderen daarin niet zouden zrjn ondergebracht. Het zou dan kunnen zijn, dat het bedrag dat daarvoor besteed wordt, met de gezinsgrootte rekening houdt. Er is dus wel alle aanleiding dit probleem te bekijken. Het spijt spreker zeer, dat destijds niet een regeling, analoog aan de regeling die de provincie Noordholland voor haar personeel heeft getroffen, tot stand is gekomen. De ervaring daarmede is toch wel zo geweest, dat tegeristanders, die de regeling in de praktijk hebben zien werken, tot voorstanders zijn bekeerd. Over de aard van de regeling wil spreker zich op dit ogenblik nog niet vastleggen. Het lijkt hem juist, dat het denkbeeld van de heer Mr Zeelénberg wordt onderzocht. Voor spreker is no. 1, dat hij zo gauw mogelijk een regeling wil hebben, waarbij in belangrijke mate het risico van ziekte dat ieder ambtenarengezin loopt, door een behoorlijke algemene regeling wordt gedekt. De heer Zegwaart brengt in herinnering, dat hij hier reeds vele malen gesproken heeft over aansluiting der gemeente bij het I.Z.A. Noordholland. Spreker kan zich daarom volledig aansluiten bij het betoog van de heer Mr Zeelenberg wat betreft diens teleurstelling, dat nu nog weer het voorstel wordt gedaan om de tijdelijke ziektekostenregeling voor 1955 in stand te houden. Spreker is dankbaar dat het college de bedragen heeft aangepast aan die welke voor het rijkspersoneel gelden. Verhoging van de tegemoetkomin- gen houdt verband met de verhoging van de premies voor de vrijwillige ziekteverzekering. Met de beide vorige spekers is spreker van oordeel, dat zo spoedig mogelijk tot een definitieve ziektekostenregeling moet worden gekomen. Als spreker daarvoor pleit, dan begrijpt men wel, dat hij een andere regeling in de gedachten heeft dan de heer Mr Zeelenberg bedoelt. Spreker blijft n.l. voor aansluiting bij de ziektekostenregeling voor de gemeente- ambtenaren in Noordholland. Hij kan dit met des te meer klem en over- tuiging doen, omdat alle ambtenarenorganisaties die in deze gemeente medetellen, zich op het standpunt hebben gesteld, dat deze aansluiting er moet komen. Het is bekend, dat zowel de oud-voorzitter van het georga- niseerd overleg, de heer van Houten, als de huidige voorzitter, de heer Mr van Wijk, in de commissie voor het georganiseerd overleg hebben toe- gezegd, dat zij met de mening van de ambtenarenorganisaties bij de be- handeling van deze zaak in het college, terdege rekening zouden houden. Het was voor spreker evenals voor de gemeente-ambtenaren dan ook te- leurstellend te vememen, dat het college heeft geschreven dat niet tot aansluiting bij de ziektekostenregeling voor de ambtenaren Noordholland zou worden overgegaan. Hoe staat deze zaak er nu precies voor. Sedert 1950 zitten we nu feitelijk te klungelen met een interimregeling. De regering heeft bij her- haling voor het rijkspersoneel toegezegd, dat er een definitieve regeling zal komen. In de boezem der regering bestaat over deze zaak echter helemaal geen overeenstemming. Daarom blijft de regeling voor het rijks- personeel zo lang uit. De lagere organen hebben toen gezegd, laten we de koppen bij elkaar steken en met de ambtenarenorganisaties overleggen of ons hier wat te doen staat. Als gevolg daarvan is het I.Z.A. tot stand

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1955 | | pagina 4