162
30 Juni 1955.
voordeel. Een voordeel dat spreker hierin ziet, dat men nu langzamerhand
elders diverse ontwikkelingen heeft gezien en dat er nu nog een keus
gemaakt kan worden.
Zou de gemeente zich heel in het begin van deze ontwikkeling hier of
daar hebben aangesloten, dan zou het zeer moeilijk zijn om zich daarvan later
los te maken, aangenomen dat het nog zou kunnen. Wachten kan dus wel
eens verkeerd zijn, maar spreker gelooft dat wachten in dit geval niet
verkeerd is geweest. In dit debat heeft spreker verschillende opvattingen
over deze zaak gehoord. Spreker kan zeggen, dat het zo ook gespeeld
heeft en nog speelt in het college van burgemeester en wethouders. Ook
daar zijn diverse meningen en nu heeft spreker gehoord dat hetzelfde ook
het geval is bij de regering. A1 zijn er diverse meningen dan betekent dat
natuurlijk niet, dat men dus daar verder niet veel aan moet doen. Burge-
meester en wethouders zullen op een gegeven ogenblik die meningen met
elkaar moeten gaan vergelijken en tegen elkaar moeten gaan afwegen om
zo te komen tot de meest juiste beslissing. Burgemeester en wethouders
hebben deze zaak inderdaad nauwlettend gevolgd. De beslissing in Haar-
lem is nog niet zo lang geleden genomen. Men heeft daar aan deze zaak,
°m in de terminologie te blijven, heel wat gedokterd met de ziektekosten-
regeling. Dat zullen wij ook nog wel moeten doen. Inderdaad kan nu wel
door het college worden aangenomen, dat thans de tijd gekomen is om
uit de ontwikkeling die zich elders reeds voltrokken heeft, een keus te
doen, hetzij in de ,geest van de I.Z.A. of zoals Haarlem gedaan heeft.
Binnen afzienbare tijd zullen zij met een voorstel bij de raad komen.
De heer Mr Zeelenberg zegt, dat zijn teleurstelling niet hieruit voort-
vloeit dat hij het zo vervelend vindt, dat er destijds nog niets gedaan is,
integendeel dat heeft spreker toegejuicht en hij vindt het nog altijd
plezierig, want daardoor bestaat voor Heemstede de mogelijkheid om zich
aan te sluiten bij een, naar zijn gevoelen, goede regeling. Sprekers teleur-
stelling vloeit hieruit voort, dat het voorstel niets anders bevat dan een
prolongeren van de status quo, zij het met andere bedragen. Spreker had
zo graag gezien, dat dit moment door burgemeester en wethouders was
aangevat om althans iets van de activitéit van het college te tonen, al
was het alleen maar geweest door te zeggen: wij zijn bezig en wij zullen
eerlang met iets anders komen.
De heer Zegwaart heeft gezegd, dat burgemeester en wethouders wel zul-
len begrijpen, dat hij het met spreker niet eens is. Spreker begrijpt dit niet.
Staat dat als een paal boven water dat de regeling zoals spreker die nu
naar voren heeft gebracht, voor de heer Zegwaart onaanvaardbaar is?
Spreker kan zich dat nauwelijks voorstellen, het gezonde verstand van de
heer Zegwaart kennende. Hier zijn 2 proposities, die beide waarschijnlijk
voordelen hebben en waarvan spreker weet dat één voorstel bijzonder wei-
nig nadelen heeft, die afgewogen moeten worden. De heer Zegwaart heeft
wederom, zoals van hem ook te verwachten was, de noodzakelijkheid
bepleit van een eigen regeling voor de ambtenaren op grond van diens
rechtspositie. Hij meent, dat in de regeling zoals die door Haariem ge-
troffen is, geen eigen regeling voor de ambtenaren gevonden wordt. Die
mening is onjuist, want dit is een typische ambtenarenregeling, die de
gemeente ten behoeve van haar ambtenaren met de, juist voor dit doel
speciaal bijeengekomen, groep van maatschappijen heeft aangegaan. Of rnen
nu voor de ambtenaren een ziektekostenregeling maakt met bepaalde
onderlinge fondsen of dat men die maakt met een groep van maatschap-
pijen speciaal voor dit doel bijeengetrommeld, maakt geen verschii in
beginsel. Het is in beide gevallen een speciale regeling ten behoeve van
de ambtenaren, waarmede dus ten volle recht wordt gedaan aan de rechts-
positie van de ambtenaren, een positie, waaraan, spreker moet dat de heer
Zegwaart helaas toegeven, tegenwoordig maar al te zeer wordt getrokken.