29 september 1955.
249
minder toepassing vindt, omdat de waarde daarvan niet groot is. Er
wordt daarin een lans gebroken voor het verbranden van huisvuil. Spreker
vraagt voorts of hij goed begrepen heeft, dat er voor dit werk een be-
paald aantal mensen in een groep verenigd moet zijn. Spreker stelt de
volgende vragen:
1. Heeft een onderzoek aangetoond, dat er voldoende compost uit deze
10 jaar oude laag te verkrijgen is?
2. Is men er van overtuigd, dat deze compost inderdaad zal worden af-
genomen en zal worden verkocht tegen een prijs die behoorlijk is
Is dat niet het geval, vindt de compost geen aftrek, dan wordt daar-
door de vuilnisbelt zwaarder belast, want dan krijgt men, dat het
volume van de omgewerkte grond en de compost groter is dan wat op
het ogenblik nog onbewerkt is. Bovendien loopt men de kans, dat de
mensen de overtuiging krijgen, dat zij onproductief werk hebben ver-
richt.
3. Zijn er bij sociale zaken, zonder dat daarvoor extra moeite moet wor-
den gedaan, voldoende mensen ingeschreven die aan het werk kunnen
deelnemen, waardoor dus een bepaalde groep kan worden gevormd?
4. Acht het college het werk dat door deze mensen verricht zal worden,
uit een oogpunt van volksgezondheid wel verantwoord
5. Kan het college een globale berekening opzetten van wat dit in de
toekomst zal kosten waaronder de kosten die nodig zijn voor het toe-
zicht over deze mensen en voor werktuigen?
6. Is er geen ander werkobject in Heemstede te Vinden?
7. Hoever staat men met deze zaak?
De heer Mr. Zeelenberg verlaat de vergadering.
De heer Dijkstra juicht dit plan toch wel toe. In de maartvergadering
der commissie voor sociale zaken is er over gesproken. Toen heeft men
ook gedacht aan een zeker aantal mensen die onze gemeente altijd maar
tijdelijk bewonen in de buurt van de Cruquiusweg. Spreker gelooft, dat, als
men deze mensen aan het werk kan zetten, men ze eerder kwijt zal zijn
dan nu bij het regelmatig zonder meer steun verlenen het geval is.
De heer Zegwaart vraagt, wie de vertegenwoordigers in de commissie
gemeentelijke sociale werkvoorziening zijn.
Voorts vraagt spreker of de opbrengst van de compost ten goede komt
van de gemeente of dat deze door het rijk in mindering wordt gebracht
op de subsidie van 90 tot 95 in de lonen en de daarop vallende sociale
lasten en vereveningsheffing.
De heer Kooijmans heeft gezegd, dat hij dit een nuttige en zeer ge-
wenste oplossing vindt voor een aantal mensen die niet volkomen vol-
waardig zijn. Spreker is het daar wel mee eens, maar hij vraagt zich af
of er voldoende van deze mensen in de gemeente zijn die dit object naar
behoren kunnen verwerken. Voorts heeft Ir. Kooijmans aan de hand van
een wetenschappelijk tijdschrift medegedeeld, dat de waarde van die com-
post niet zo hoog wordt aangeslagen. Reeds eerder heeft men uit de vuil-
nisbelt compost gewonnen. De daarmede genomen proeven wezen uit, dat
deze compost, gestrooid op stukken gras, inderdaad een goede werking
had. Of de compost afgezet zal kunnen worden is een vraag die de wet-
houder aanstonds wel zal beantwoorden, maar spreker meent, dat de ge-
meente zelf over compost moet kunnen beschikken. Spreker denkt hierbij
aan de percelen die vernieuwd moeten worden in Groenendaal en aan de
gemeentelijke kwekerij, waar het nogal zanderig is en het een goed ding
