14 februari 1957.
52
de begrûtmg, d.w.z. dat men met de tarievenpolitiek van de bedriiven
eigeniijk moet kijken naar de algemene situatie van de gehele begroting.
Dat îs alleen maar te veranderen wanneer de gemeente op andere wiize
mkomsten heeft. De heer van Bruggen heeft zeer juist gezegd dat de in-
komsten der gemeente nergens anders uit bestaan dan uit retributies be-
tahngen dus voor gevraagde diensten. Men kan natuurlijk nog wel'van
memng verschillen over de grootheid der betaling.
De he'er van Wijk heeft ook gezegd, waar spreker het tot op zekere
hoogte mee eens is, dat niet beneden kostprijs verkocht moet worden.
h,et woord kostprijs heeft spreker in voorgaande jaren al meermalen
gesproken Het is een zeer gecompliceerd begrip. De kostprijs die de wet-
houder kostprijs noemt, is dat in sprekers oog niet. Er zijn meerdere kost-
prijzen. Waar dat het geval is, moeten wij met of zonder de hulp van onze
leverancier, het zo trachten in te richten, dat we volgens die verschillende
kostpnjzen werken. Spreker zou zich dus kunnen voorstellen dat iets
voor 2 centen wordt ingekocht plus kosten vastrecht vormt 3 centen en
dat daarvan gedeelten tegen 2% cent worden geleverd als ergens anders
cent gemaakt kan worden. Als de gemeente dat niet van haar leveran-
cier kan gedaan krijgen, wat spreker wel hoopt, dan zal het toch nodig
zrjn dat de gemeente van haar kant de verdelende rechtvaardig"heid toe-
verdeelt afn8merS Van stroom' Sas e-d- in verschillende categorieën
Sprekende over de rangindeling van de ambtenaren, merkt spreker op
dat we op het ogenblik bij deze arbeidsmarkt niet anders dan blij kunnen
zijn dat we gemeente-ambtenaren hebben, want het blijft een feit dat er
een dispariteit is ontstaan tussen een ambtenaar in overheidsdienst en
een beambte in het particuliere bedrijf. Daardoor ontstaat er een vlucht
uit de overheidsdienst, hetgeen ten nadele is van de bedrijven in het al-
gemeen. Spreker is het met de heer van Wijk eens dat we de verlangens
naar een juistere rangindeling voor een tijdje op zolder zullen moeten
bergen, zoals spreker meende dat het zal moeten gaan met de plannen
voor het raadhuis.
Spreker heeft dankbaar kennis genomen van de mededeling van de heer
van Wijk dat het ambtenarenreglement binnenkort zijn beslag zal kriigen
Sprekers opmerking omtrent het uitblijven van dat reglement houdt be-
shst niet de veronderstelling in dat de ambtenaren van de betreffende
atdelmg met hard genoeg zouden hebben gewerkt, want spreker weet dat
zij niet hebben geschroomd om veel van hun vrije tijd daarvoor op te of-
feren, hetgeen men eigenlijk tegenwoordig van een ambtenaar niet meer
verlangen kan.
Dat de wethouder momenteel nog geen enkele toezegging kan doen
over de indeling van de tarieven, is spreker duidelijk. Spreker wacht met
belangstelling af wat het college dienaangaande naar voren zal brengen.
Hierna schorst de Voorzitter de vergadering.
De Voorzitter heropent om 3 uur de vergadering.
Het valt de heer Brink moeilijk zijn fractievoorzitter te vervangen. De
heer Zeelenberg kan nu eenmaal, beter dan spreker, de verschillende zaken
m algemene zin naar voren brengen. Spreker heeft uit de beantwoording
van de door hem gestelde vragen bemerkt, dat hij mogelijk de op papier
staande rede anders heeft voorgelezen dan het er stond. Wat in vragende
vorm was gesteld is nl. als kritiek opgenomen. Spreker is dan ook dank-
baar dat de heer Verhoeven hem inzake het gesprokene over de woon-
ruimteverdeling, goed begrepen heeft. Sprekers bedoeling is geweest om
ten aanzien van de kwestie van de woonruimteverdeling, te bereiken, dat