71
14 februari 1957.
betreffende de investeringsbeperking wil het college de reorganisatie van
de openbare verlichting voorlopig opschorten. Voorts acht het college de
toestand zoals zij nu is, niet onrustbarend. Spreker hoopt nog steeds dat
de provincie zal instemmen met gezamenlijke betaling van de kosten
zoals dat gebeurd is voor de verlichting van de Ct'uquiusweg.
Punt 14. Hoofdstuk IV. Volksgezondheid.
De heer Mr. Dr. van Bruggen zegt, dat het antwoord van burgemeester
en wethouders op zijn vraag, hem weinig bevredigd heeft. Praktisch komt
het hier op neer, dat het college nooit met een voorstel tot doorlichting
van de bevolking zal komen.
In Nederland zijn de opvattingen wel zo, dat tot een verplicht onder-
z°ek van iedereen niet kan worden overgegaan. De bloedproef bij auto-
ongevallen mag volgens de rechter en de medici niet verplicht worden
gesteld.
Spreker mag er op wijzen, dat doorlichting geen preventieve maatregel
is. Niettegenstaande herhaalde doorlichting kan het voorkomen dat
iemand acuut besmet raakt en misschien zelfs een of twee dagen nadat
doorlichting heeft plaats gehad. Het voorbeeld van het college dat be-
trekking had op een ambtenaar die niettegenstaande doorlichting toch
ziek is geworden, zegt spreker dan ook letterlijk niets. De bedoeling is
echter, de mensen zoveel mogelijk er toe te brengen dat zij zich vrijwillig
laten onderzoeken. Bij een recent onderzoek in de gemeente Amsterdam
is gebleken, dat 10 van de onderzochte mensen een aandoening had-
den waarvoor een behandeling noodzakelijk was. Heemstede is de enige
gemeente in Kennemerland die nog geen dooriichting van de bevolking
heeft georganiseerd. Bij een dergelijke doorlichting krijgt men, na statis-
tische bewerking van de gegevens, een inzicht in de gezondheidstoestand
van de gehele bevolking. Wanneer zou blijken dat veel mensen een of
andere aandoening hebben, dan zal de drang om zich te laten onderzoe-
ken sterker worden.
Spreker wijst er op, dat tegenwoordig alle moderne levensverzekerings-
maatschappijen in hun betreffende polissen een bepaling hebben opgeno-
men, dat men per jaar eenmaal gratis kan worden onderzocht. Dat hebben
zij natuurlijk gedaan uit de overweging, dat hoe eerder een ziekte ont-
dekt wordt hoe eerder men daartegen zijn maatregelen kan nemen, het-
geen natuurlijk voor die maatschappijen op de duur een voordeel betekent
in hun uitkeringen.
Spreker betreurt het, dat Heemstede, dat toch altijd een vooruitstreven-
de allure heeft, op dit punt een behoudende houding aanneemt. Spreker wil
niet dwingen maar dringen in die richting. Spreker vraagt de wethouder
deze zaak nog eens in de commissie voor de volksgezondheid te bespreken
en eens bij andere gemeenten te informeren hoe het daar gegaan is.
De heer Zegwaart herinnert er aan, dat hij misschien al 5 jaar ge-
leden een dergelijke suggestie aan het college heeft voorgelegd. Spreker
stond toen echter helemaal alleen, want noch mevr. van Nispen, die ver-
leden jaar deze zaak aansneed, noch de heer van Bruggen zijn hem toen
bijgevallen. Spreker verheugt er zich over dat er nu medestanders komen.
Hij wil zich graag aansluiten bij het ,,dringen" van de heer van Bruggen.
Ook mevr. van der Meulen wil graag het door de heer van Bruggen
naar voren gebrachte ondersteunen.
De heer van Houten, wethouder, antwoordt, dat het niet juist is om
te denken dat het college principieel een tegenstander van doorlichting
der bevolking zou zijn. Een dergelijk onderzoek toch wordt door verschil-
lende instanties nuttig geoordeeld. Het college zou wel een zeer vreemd
standpunt innemen als het zou uitspreken dat zo'n onderzoek niet nuttig