21 maart 1957.
in werking treden van deze verordening, aan gewezen wethouders en
aan weduwen en wezen van wethouders en gewezen wethouders toe-
gekende pensioenen worden met ingang van dat tijdstip geacht krach-
tens deze verordening te zijn toegekend.
2. Een pensioen, als bedoeld in het eerste lid, met uitzondering van dat
van hem, die de in artikel 23, onder a. bedoelde wens heeft kenbaar
gemaakt, wordt, indien het lager is dan het pensioenbedrag, dat zou
zijn toegekend, indien deze verordening van kracht was geweest op het
tijdstip, waarop het recht op, dat pensioen is ingegaan, met ingang
van het tijdstip van het in werking treden van deze verordening
ambtshalve tot dat bedrag verhoogd.
1. Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 sep-
tember 1956, met ingang van welke datum de verordening, regelende
het verlenen van waehtgeld of pensioen aan gewezen wethouders der
gemeente Heemstede en van pensioen aan hun weduwen en wezen,
vastgesteld bij raadsbesluit van 28 februari 1952, no. 17, gewijzigd
bij raadsbesluit van 26 januari 1956, no. 2, is komen te vervallen.
2. Deze verordening kan worden aangehaald onder de titel van „Uitke-
rings- en pensioenverordening wethouders".
Artikel 25.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van 21 maart 1957.
De secretaris.
De voorzitter,