U™?Vn rrhT„.rioïinïÄT.r»i98, „og e
Tr7«r.rTpsÄ"nS Ttï'dS® TäS
hT? tSorf,T.e-T^^^
68
iTPrÄÄÄ S i,d der nalatigheid.
29 mei 1957.
Artikel 3.
Onvermindevd het bepaa.de
opgenomen nommale bedragen er g tweede een iaar later en zo ver-
ÄS?DeT/ïe ?arfSTS
Sük nT» aThft na dTäouing m het j.at 1986 nog r.eterende b,-
drag, te weten f 4223,—. dcrde lid zai geldneemster de in 1958
Onverminderd het bepaalde m he dertie termiinen, waarvan
opgenomen nominale bedragen eiug tweede een jaar later en zo ver-
drag, te weten /J030,--. ber 1958 de bevoegdheid van geldneem-
Geldgeefster heeft tot 31 deccmoe „ehele lening of een ge-
ster te verlangen, dat de terugbeta g nflnssinesnlan dat afwijkt en
deelte daarvan zal gesc^®de" d° g®eorgaande twee ledenvervat, mits de
rgTo.g daarvan ni.t wotdt venhort.
Artikel 4.
Sesteld- Artikel 5.
Het is geidneemster niet toegestaan de ter leen ontvangen geiden ver-
vroegd of versterkt af te lossen.
Artikel 6.
benfbetnanngen zulien geschieden in Nederlands geld, zonder korting of
schuidvergelijking en zonder kosten voor e! zyn geSchied ter
vold^enîng^van^de'^kätem^vervolgens van df Wen, daarna van de rente
en het laatst van de hoofdsom.
Artikel 7.
Iindien geidne.m.ter h.t "VLimÄîS-2
tijd en overeenkomstig het bepaa hpdrae geliik aan vijf ten hon-
Artikei 8.
Het onafgeloste gedeelte van het bed^gifoming'dfo^'grfdneemster van
de kosten onmiddellijk opeisbaar bij alingen 0f aangegane verbinte-
één of meer der in cieze akte haar verplichtingen
T5°n hTTTTnog hinT veertfen f.gen na ontv.ng.t dier herinne-
ring haar verpiichtmgen nakomt voorvallen van
Ggeldneemster zal ^iddên^e opeisbaarheid, alsof
ÏÄS?»hte ware gebreh. ge.teid.