176 26 september 1957. van fractievoorzitters aan het adres van burgemeester en wethouders heeft gezegd, was z. i. dan ook volkomen terecht. De heer Scheer wil ter motivering van zijn stem opmerken, dat het thans niet gaat over het inzake de benoeming van kleuterhelpsters door burgemeester en wethouders gevoerde beleid, doch over een op zichzelf staand besluit. De heer Drs. Weijers meent te weten, dat er een nieuwe subsidie-rege- ling op komst is voor het voorbereidend hoger- en middelbaar onderwijs, waarbij het rijk ook de gemeentelijke scholen zal gaan subsidiëren. Het zou voor Heemstede van grote betekenis zijn indien de posten voor het middelbaar onderwijs in Haarlem belangrijk verminderd zouden kunnen worden. Mogelijk dat daardoor de gelden gevonden kunnen worden voor het aanstellen van kleuterhelpsters. De Voorzitter zegt, dat de verdediging van het voorstel behoort tot de taak van de wethouder van financiën. Het is niet meer nodig, zoals mevr. van der Meulen gedaan heeft, om te spreken over de waardering van het kleuteronderwijs. Door het genomen besluit om tot aanstelling van kleu- terhelpsters over te gaan, heeft de raad zich reeds uitgesproken, dat hij die maatregel in het belang van het kleuteronderwijs acht. Dat burgemeester en wethouders thans dit voorstel doen is louter en alleen een gevolg van de beruchte circulaire van juli j.l. en van het beeld dat de concept-begroting 1958 biedt. Spreker wil nog even reageren op het door haar aan het adres van het college gerichte verwijt, n.l. dat burgemeester en wethouders in deze zaak een traag beleid zouden hebben gevoerd. Het is niet zo, zoals door mevr. van der Meulen is gezegd, dat reeds op 10 mei de principiële goed- keuring van gedeputeerde staten ten aanzien van de aanstelling van kleu- terhelpsters, was ontvangen. Op 10 mei is echter de begroting met een nota van opmerkingen van gedeputeerde staten ontvangen, waarin o.m. uitdrukkelijk als voorwaarde is gesteld, dat voor de bedragen die gemoeid waren met de aanstelling van boventallige onderwijzers en boventallige kleuterhelpsters, extra inkomsten dienden te worden gevonden. Indien het mogelijk was geweest om nog in de mei-vergadering deze wijziging van de begroting in de raad te brengen, dan zou dat gebeurd zijn. Spreker wil wel verklappen, dat het een moeilijke opgave was om de begroting te wijzigen in de geest zoals gedeputeerde staten dat wilden en daarbij de zekerheid te hebben dat de goedkeuring daarop ook werkelijk verkregen zou worden. Daarover zijn ter provinciale griffie besprekingen gevoerd moeten worden. In de begrotings-vergadering heeft spreker al uitdrukke- lijk gezegd, dat niet tot aanstelling van de kleuterhelpsters kon worden overgegaan alvorens gedeputeerde staten hun goedkeuring daaraan had- den gehecht. Bericht van de goedkeuring is ontvangen op 2 augustus, zodat er geen sprake kan zijn van een traag beleid van de zijde van bur- gemeester en wethouders. Op 1 augustus is de ontwerp-advertentie toege. zonden aan de inspectrice van het kleuteronderwijs, van wie op 14 augus- tus bericht werd ontvangen dat zij daarmede akkoord ging zij was er oorspronkelijk helemaal niet voor terwijl de advertentie op 15 augustus ter plaatsing is gezonden aan de dag- en vakbladen. Deze werd op 17 augustus opgenomen in Haarlem's Dagblad en het Vrije Volk, sollicitaties binnen 14 dagen; op 22 augustus in de Heemsteedse Courant, sollicitaties binnen 10 dagen en 26 augustus in De Vacature, sollicitaties binnen 10 dagen. Op 11 september verklaarde de inspectrice telefonisch, dat zij akkoord ging met de door de hoofdleidsters voorgestelde candidaten. Toen het college tot benoeming van 3 helpsters zou overgaan, is in het college de vraag gesteld of deze benoemingen, gezien de uitkomsten van de con-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1957 | | pagina 10