194
31 oktober 1957.
109- Onbewoonbaarverklaring.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
De heer van Hees vraagt of de bewoners van deze woningen, die gelast
worden deze huizen te verlaten, een bepaalde voorrang krijgen op de rang-
lijst voor het verkrijgen van nieuwe woningen.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat, wanneer er woningen vrij
komen die voor deze bewoners geschikt zijn, zij daarvoor in aanmerking
zullen komen. Een urgentielijst is daar niet voor. Spreker kan geen termijn
noemen binnen welke de mensen geholpen zullen kunnen worden, omdat
zulks uiteraard afhangt van de woningen die vrij komen.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
VI. ONBEWOONBAARVERKLARING PERCEEL KERKLAAN 5.
Het ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
110. Onbewoonbaarverklaring.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor openbare werken zich
hiermede kan verenigen.
De heer Drs. Weijers spreekt er zijn verwondering over uit dat het aan-
grenzende perceel, dat waarschijnlijk gelijk gebouwd is met de nu onbe-
woonbaar te verklaren woning, niet onbewoonbaar wordt verklaard.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat de staat van onderhoud
van perceel Kerklaan 3 beter is dan die van Kerklaan 5. De Centrale direc-
tie van de volkshuisvesting en de bouwnijverheid is ook van mening dat
dit perceel niet meer op te knappen is. Er zouden nl. dan zodanige grote
kosten mede gepaard gaan, dat opknappen financieel gesproken eigenlijk
niet mogelijk is. Momenteel kan nog niet worden overgegaan tot onbe-
woonbaarverklaring van perceel Kerklaan 3. Eenzelfde geval heeft zich
voorgedaan met de woningen Glipperweg 18, 20, 20a en 24 die onder 1 kap
zÜn gebouwd. Ondanks dat burgemeester en wethouders van mening waren
dat het gelijk onbewoonbaar verklaren van deze 4 woningen het meest
ideaal was, wilde de Centrale directie van de volkshuisvesting zijn mede-
werking slechts voor 3 percelen verlenen.
De heer Drs. Weijers zegt, dat de consequentie van dit besluit toch wel
zal zijn, dat deze woning t.z.t. wordt afgebroken. Spreker kan zich niet in-
denken dat het mogelijk is dit huis af te breken zonder perceel Kerklaan 3
daarmede te treffen.
De heer van Lent, wethouder, antwoordt, dat die mogelijkheid wêl be-
staat omdat er voor perceel Kerklaan 3 voorzieningen kunnen worden ge-
troffen. Het is echter de vraag of Kerklaan 5 direct afgebroken zal wor-
den. Zolang perceel Kerklaan 3 echter niet in zodanige staat verkeert dat
het onbewoonbaar verklaard kan worden, kunnen burgemeester en wet-
houders niets doen. Kerklaan 5 moet nodig onbewoonbaar verklaard
worden omdat deze woning vele gebreken heeft zoals o.a. dat de halfsteens-
muren bij vochtig weer doorslaan, het ontbreken van een trasraam waar-
door het vocht optrekt, enz. Wat er maar aan een huis mankeren kan
mankeert er aan. Terzijnertijd zal Kerklaan 3 ook wel in aanmerking
komen om onbewoonbaar verklaard te worden, maar zover is het nog niet.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.