283
19 december 1957.
De heer Mr. Van Wijk, wethouder, wijst er op, dat er zulke grote elek-
trische kachels zijn, dat, als de leiding er niet op berekend is, de pijpen
na enige tijd zelfs warm worden.
De heer Verhoeven zegt, dat in het algemeen voor een huisverlichting
2 soorten van draden worden gebruikt, nl. van iy2 kwadraat millimeter
en van 2%. Buiten de gevallen door de heer Verspoor genoemd, gaat het
naar sprekers mening te ver om een bedrading van 2 y2" te eisen voor een
behoorlijke installatie. Er zal dus wel enige souplesse moeten worden be-
tracht.
De heer Mr. van Wijk, wethouder, antwoordt, dat de souplesse hierin
bestaat, dat, als de bedrading van 1 y2" nog voldoende is, wordt volstaan
met een waarschuwing. Alleen moet dan dus wel het meterbord veranderd
worden of sommige dingen die apert gevaarlijk zijn.
De heer Verhoeven gelooft, dat het toch wel goed is dat in het openbaar
over deze kwestie gesproken is, omdat hierin toch ook voor de ambtenaren
die deze gevallen moeten beoordelen, een richtsnoer ligt. Van die mensen
niets dan goeds, want zij moeten hun plicht doen. Spreker begrijpt ook
wel, dat, als er een kwestie is tussen een huiseigenaar en een ambtenaar,
er enige wrijving ontstaat. Maar laten degenen die een ambtenaar ont-
vangen ook bedenken dat deze niet anders dan zijn plicht doet. Zo moet het
ook gezien worden.
Punt 18 Zwemvijvers.
De heer Reijnders merkt naar aanieiding van het antwoord van burge-
meester en wethouders op, dat het, als men door de bestedingsbeperking
gehandicapt wordt om aan dit project te werken, zeer moeilijk is om te
zorgen dat een definitief voorstel op het juiste moment aan de raad kan
worden voorgelegd. Spreker gelooft nog steeds, dat men meer voortgang
aan de voorlopige opzet van dit project moet geven.
De heer Ir. Kooijmans acht het goed over de zwemvijvers te spreken.
De inrichting maakt niet alleen wat het entree betreft een povere indruk,
maar ook wat betreft de cabines, de outiiiage, de watervoorziening enz. Het
is een open zwembad, met een veel te kleine circuiatiepomp en siecht
grondwater. Spreker weet niet in hoeverre het grondwater nog beïnvloed
wordt door het afvioeiende water van de begraafpiaats, doch deze beïnvloe-
ding is niet uitgesloten. Ondanks dat alles is het nog gelukt het gebruik
van de zwemvijvers lopende te houden, terwijl ook de kwaliteit van het
water nog behoorlijk is geweest. Er waren wel klachten, maar deze klach-
ten zijn soms tegengesteld. De een wil nl. graag chloor in het water hebben
en de ander daarentegen weer niet. Ook wordt er wel eens geklaagd over
de groene kleur van het water. Het water is echter volkomen helder, maar
omdat de vijvers omgeven zijn door groen en hoog geboomte, geeft de
weerkaatsing daarvan in het water de indruk, dat het water groen is. Zo
komen er klachten naar voren die vaak ongegrond zijn. Ondanks het feit
dat er nog behoorlijk kan worden gezwommen, loopt de gehele installatie
toch op zijn laatste benen. De zwemvijvers voldoen nlet meer aan de mo-
derne eisen en in vergelijking met andere zwembaden zijn zij inderdaad
zeer ouderwets. Wanneer spreker de overtuiging had dat alles goed func-
tioneert, zou hij niet willen aandringen op een voortgaan met de voorbe-
reiding van een plan voor een nieuwe inrichting welke grote uitgaven
vraagt en dat veel hogere exploitatiekosten zal meebrengen dan thans
het geval is. Nu moet hij dit wel doen. Spreker wil niet zeggen dat het
water gevaarlijk is, het is betrouwbaar, maar men weet niet wat er kan
gebeuren bij deze wankele installatie.
De heer Verspoor zegt, dat uit de begroting voor de zwemvijvers blijkt,