19 december 1957.
290
weinig woningen staan die speciaal voor bejaarden geschikt zijn. Spreek-
ster denkt hierbij niet aan bejaarden die hulpbehoevend zijn, maar aan
de bejaarden die zich nog kunnen handhaven en die toch in hun te grote
huizen wel bepaalde moeiiijkheden hebben. Bovendien is er een groep van
de bevolking die dringend behoefte heeft aan deze grotere huizen. Het lijkt
spreekster zeer wenselijk, om, wanneer een nieuw bouwplan wordt opge-
steld, niet meer gevarieerd, maar meer gedifferencieerd te bouwen, waar-
medé spreekster dan bedoelt, dat naast de gebruikelijke woningen ook
kleinere woningen worden gebouwd voor bejaarden of kleine gezinnen.
De heer van Lent, wethouder, wijst er op, dat o.a. in de woningcomplexen
van de woningvereniging Berkenrode verschillende weduwe-huisjes zijn ge-
bouwd, zoals in de Berkenlaan en het Dr. Droogplein. Het eigenaardige is
echter, dat veel ouden van dagen er niet voor voelen om hun woningen
te verlaten en dan zo'n kleine woning te betrekken. Als zij bijv. gewend
zijn om in de Iepenlaan te wonen, hebben zij er geen behoefte aan naar
het Dr. Droogplein te gaan. In het bouwplan van het flatgebouw bij de
Sportparklaan zijn ook 12 woningen voor ouden van dagen ingevoegd. In
het nieuwe bouwplan dat eerstdaags aan de raad zal worden voorgelegd,
komt ook een bescheiden aantal van dergelijke woningen voor, terwijl in
het bouwplan bij Ipenrode ook weer woningen voor kieinere gezinnen zul-
len worden geprojecteerd. Er wordt dus wel degelijk met de wens van mevr.
van der Meulen rekening gehouden. Alleen wijst de praktijk dus uit, dat
er wel eens aandrang moet worden uitgeoefend om de mensen zover te
krijgen dat zij bereid zijn in deze kleine huisjes te gaan wonen.
Mevr. van der Meulen is door het antwoord van de wethouder zeer tevre-
den gesteld. Spreekster meent, dat de ouden van dagen liever niet in een
bepaald complex bij elkaar worden gehuisvest. Spreekster is van oordeel,
dat, wanneer in de complexen telkens een aantal kleine woningen wordt
opgenomen, de mensen eerder bereid zullen zijn daar heen te verhuizen,
vooral wanneer in zo'n wijk bijv. kinderen of andere familieleden woon-
achtig zijn.
De heer Verspoor geeft toe, dat oude mensen moeilijk uit hun huis zijn
te krijgen. Nu de woningen aan de Ir. Lelylaan klaar zijn, komen er echter
talloze aanvragen voor dit soort woningen.
De heer van der Linden wil speciaal de aandacht vragen voor het pro-
jecteren van een aantal woningen voor grote gezinnen in de plannen die
in bewerking zijn, zoals dat ook in het complex ten oosten van de Glipper
Dreef is gedaan.
De heer Ir. Kooijmans zegt, dat juist de kartotheek wordt aangelegd om
de behoefte aan bepaalde woningen vast te stellen.
In aansluiting op het gesprokene door mevr. van der Meulen wijst spre-
ker er op, dat niet alleen oudere mensen huizen bewonen die te groot z;ijn,
maar dat zulks ook het geval is met zgn. aflopende gezinnen. Ook deze
willen wel eens kleiner gaan wonen.
Bij de flatbouw aan het Valkenburgerplein is gebleken dat velen een der-
gelijke flat begeren. Echter wil men niet altijd een flatwoning kopen. Er
zal dus zeker in een behoefte voorzien worden als er flats in premie-bouw
worden gebouwd. Daarin zouden dan een aantal gezinnen kunnen worden
opgenomen die de thans door hen bewoonde huizen te groot achten. Bij het
aanleggen van de kartotheek ware dus ook te letten op de gevallen waarin
mensen naar andersoortige woningen willen verhuizen.
De heer van Lent, wethouder, zegt, naar aanleiding van het gesprokene
door mevr. van der Meulen, dat thans geen woningen meer worden ont-
worpen zoals die aan het Dr. Droogplein, met één woonkamer en één slaap-
kamer. De laatste jaren worden woningen gebracht met 2 slaapkamers,