14
10 januari 1958.
de Glip aan de orde was, heeft spreker reeds op het ontbreken van ruimte
voor een speelgelegenheid voor de jeugd gewezen. Toen mocht spreker
echter van het college de toezegging ontvangen, dat hiervoor een gedeelte
van Meer en Berg beschikbaar zou worden gesteld. Spreker verzoekt aan
deze toezeggmg m de naaste toekomst speciaal aandacht te willen schen-
ken.
Het spijt de heer Verspoor dat hij op sommige punten met de heer van
der Linden van mening moet verschillen. In de commissie van openbare
werken is reeds uitvoerig gesproken over het feit, dat op verschillende
punten in de gemeente plantsoen door de gemeente is aangelegd, waarvoor
niemand betaalt omdat deze een versiering voor de gemeente zijn en voor
iedereen zichtbaar en toegankelijk. Bij dit plan gaat het echter over een
mgesloten ruimte, die spreker voorlopig plantoen wil noemen, die alleen
vo°r de bewoners van het betrokken blok woningen nuttig en prettig is.
In de commissie van openbare werken bestond verder nogal verschil
van mening wat men onder een plantsoen verstaat. Omdat de terreinen
tussen de huizen niet zo groot zijn, ongeveer 40 x 45 m., en omdat er toch
al zo weinig speelgelegenheid voor de kleuters is, zou spreker in over-
weging willen geven om het plantsoen meer het idee te geven van een
speelweide, vooral zonder zandbakken. Het is dan sprekers bedoeling dat
daarvan alleen de moeders met hun kleuters gebruik maken. Hier zit na-
tuurlijk aan vast, dat een en ander door de bewoners van de omliggende
huizen een beetje georganiseerd moet worden, opdat de oudere jeugd daar-
van geen misbruik maakt.
Inderdaad is vroeger reeds toegezegd, dat in de buitenplaats Meer en
Berg vlak bij de ingang, een speelplaats zou worden ingericht voor de kin-
deren. Spreker weet niet hoe men zich voorstelt dat te doen. Een en ander
heeft echter nog de tijd.
De heer Zegwaart is geschrokken van de door de burgemeester in zijn
nieuwjaarsrede gedane mededeling dat er maar 40.000 woningwetwoningen
zullen worden gebouwd, waarvan er maar 3500 bestemd zijn voor
Noordholland zonder Amsterdam en dat er al plannen voor 4000 woningen
zijn ingediend. Spreker houdt nu zijn hart al vast dat deze 101 woningen
niet gebouwd zullen kunnen worden. Waarom, aldus spreker, is men toch
niet meer ingegaan op zijn vroeger gedane suggesties om 'voor de wo-
ningbouw te putten uit de reserve? Het moge dan een beetje revolutionair
zijn om een voorstel aan te nemen waarvan men bijna van te voren weet
dat het niet goedgekeurd zal worden, maar dan kunnen de betreffende
instanties daaruit ten minste distilleren dat de nood in Heemstede hoog
is. Spreker gelooft dat men in Den Haag daar niet voldoende van op de
hoogte is. Spreker is het dan ook roerend eens met het beroep van de
voorzitter op de directie van de volkshuisvesting en bouwnijverheid te
Haarlem om toch vooral bij de verdeling van woningen aan Heemstede
aandacht te schenken. Spreker gelooft dat wij te netjes zijn. Als het niet
naar wens gaat zal de raad wat meer revolutionair moeten worden en dan
moeten er maar besluiten worden genomen waaruit blijkt dat het de raad
hoog zit dat Heemstede bij de verdeling van woningen steeds maar wordt
achtergesteld.
Wat het voorliggende voorstel betreft, wil spreker er op wijzen, dat
de bouwtijd nu wordt geschat op 2 jaar. Burgemeester en wethouders
hebben deze termijn blijkbaar ruim genomen in verband met de geschie-
denis van de opleveringstermijn van het complex van 114 woningen. Indien
het college zou kunnen besluiten om aan de bouwer van de woningen een
zekere premie te geven indien de woningen binnen 24 maanden klaar zijn,
dan kan dat sprekers bezwaar tegen deze lange termijn weer wat opheffen'.
In ieder geval is er dan een stimulans aanwezig om de woningen zo snel
mogelijk op te leveren.