63 2e Afd. 29 mei 1958. BENOEMING ONDERWIJZERESSEN VOORWEGSCHOOL. Aan de Raad, Hierbij delen wij U mede, dat wij sollicitanten hebben opgeroepen ter voorziening in de twee bestaande vakatures van onderwijzeres aan de openbare lagere Voorwegschool, welke zijn ontstaan door het vertrek van de onderwijzeressen Mevrouw A. de Groot-Ritsma en Mevrouw J. I. Hovis- du Burck. Het hoofd der school heeft voor de benoeming van 2 leerkrachten zijn berichten, als bedoeld in artikel 36, achtste lid der Lager-onderwijswet 1920, ingezonden, terwijl met de Inspecteur van het lager onderwijs in de inspectie Amstelveen over de op te maken voordrachten overleg is ge- pleegd. Naar aanieiding van deze stukken hebben wij de voigende voordrachten opgemaakt I. vakature Mevrouw A. de Groot-Ritsma: 1. Mejuffrouw T. J. Sanders, onderwijzeres aan de openbare lagere schooi te Zuidoost-Beemster; 2. Mejuffrouw A. Koster, onderwijzeres aan de openbare lagere school te Nieuw-Vennep en 3. Mejuffrouw P. A. J. Claessen, onderwijzeres aan de openbare lagere Prinses Marijkeschool te Dordrecht. II. vakature Mevrouw J. I. Hovis-du Burck; 1. Mejuffrouw A. Koster, voornoemd; 2. Mejuffrouw T. J. Sanders, voornoemd en 3. Mejuffrouw P. A. J. Claessen, voornoemd. Wij stellen U voor tot benoeming van twee onderwijzeressen aan de Voorwegschool over te gaan en deze te laten ingaan op nader door ons te bepalen data. Behoort bij de notulen van de vergadering van de Raad van 29 mei 1958. Heemstede, 7 mei 1958. Burgemeester en wethouders van Heemstede, A. G. A. van Rappard. De secretaris, T. M. Schelling. De secretaris, De voorzi:

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1958 | | pagina 9