25 september 1958.
195
De Voorzltter zegt, dat burgemeester en wethouders, overeenkomstig
de gemeentewet, een aanbeveling hebben ingediend van 2 personen.
Uiteraard kan iemand die daarop niet voorkomt ook verkozen worden.
Dat de heer van Wingerde als no. 1 op de aanbeveling is geplaatst vindt
zijn grond in het algemeen gevoeien van burgemeester en wethouders,
dat de heer van Wingerde met kop en schouders uitsteekt boven degenen
die naar deze functie gesolliciteerd hebben, hoewel er daarbij ook waren
die goede papieren hadden en/of reeds secretaris in een andere gemeente
waren. Als no. 2 is door burgemeester en wethouders gepiaatst Mr. Punt
die reeds als secretaris werkzaam is. Het is voor het college echter geen
vraag geweest wie als no. 1 op de aanbeveling zou worden geplaatst.
De vraag van de heer Pliester of burgemeester en wethouders met
deze aanbeveling hebben willen uitdrukken dat bij gelijke kansen de voor-
keur aan een eigen ambtenaar wordt gegeven, kan spreker in zijn alge-
meenheid niet beantwoorden. Het hangt natuurlijk van de bekwaamheid
en de persoonlijkheid van de betrokkene af of dit het geval zal zijn.
Wanneer echter een ambtenaar de gemeente tientallen jaren trouw heeft
gediend, de gemeente door en door kent en in alle opzichten met de gang
van zaken bekend is, dan heeft hij, indien hij gelijkwaardige papieren
aan die van andere sollicitanten heeft, naar de mening van burgemeester
en wethouders de voorkeur. Dit houdt dus geenszins in, dat altijd iemand
uit de rangen van de ambtenaren met een groot aantal dienstjaren zal
worden aanbevolen.
De heer Pliester heeft er ook op gewezen dat het jammer is dat de
heer van Wingerde het secretarisambt slechts 5 jaar zal kunnen ver-
vullen en dat die tijd z.i. te kort is, omdat men wat van het ambt moet
kunnen maken. Spr. wijst er in dit verband op, dat, toen zojuist aan onze
secretaris, de heer Schelling, eervol ontslag werd verleend, een applaus
heeft weerklonken, waarvan spreker toch wel mag aannemen dat het
gemeend was. Spreker gelooft dat, als er ooit iemand iets van het secre-
tariaat gemaakt heeft, dit de heer Schelling is. 5 Jaar zijn daar zeker
niet te kort voor. Ook burgemeester en wethouders zouden uiteraard
mït gaarne hebben gezien dat een langere ambtsperiode mogelijk ware
geweest. Spreker meent dat no. 1 van de aanbeveling met een gerust
hart door de raad kan worden aanvaard.
De heer van Lent, wethouder, wil niet onderschrijven dat de heer van
Wingerde met kop en schouders boven de andere sollicitanten uitsteekt,
zoais door de voorzitter, het gevoelen van het college weergevende, is
gezegd. Spreker heeft alle waardering voor de heer van Wingerde en
voor zijn kennis, terwijl hij ook de plaatselijke kennis die hij in de loop
der jaren heeft opgedaan, van groot belang acht, maar het gaat spreker
te ver om te zeggen dat het hele college van mening zou zijn, dat de
heer van Wingerde met kop en schouders boven de andere kandidaten
uitsteekt.
De Voorzitter verzoekt de heren Zegwaart en Kooijmans met hem het
bureau van stemopneming te vormen.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat de heer Andries van Wingerde,
referendaris ter secretarie dezer gemeente, met 12 stemmen is benoemd
tot gemeentesecretaris met ingang van 1 januari 1959. 7 Stemmen werden
uitgebracht op de heer Mr. A. P. Punt.
IV. AANVRAGE BESCHIKBAARSTELLING VAN GELDEN
INGEVOLGE ARTIKEL 72 DER LAGER-ONDERWIJSWET 1920
VOOR UITBREIDING VAN DE GERRIT BARGER U.L.O. SCHOOL.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.