162a
HttÜril
4e Afd.
18 december 1958.
De Raad der gemeente Heemstede;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders met ontwerp-ver-
ordeningen van de commissie, als bedoeld in artikel 197 der gemeentewet;
Gelet op het bepaalde in artikel 46 van de Vleeskeuringswet;
BESLUIT:
Vast te stellen de navolgende verordening:
VERORDENING betreffende de ver-
koop van paardevlees en buitenlands be-
vroren vlees.
Artikel 1.
1. Het is verboden paardevlees te verkopen, te koop aan te bieden, of te
leveren, ten geschenke te geven, tot vervoer of aflevering voorhanden te
hebben, in voorraad te hebben in andere vleeswinkels, waaronder mede
begrepen aangrenzende bedrijfsruimte dan die, waar aan de voorgevel of
aan het (de) winkelra(a)m(en) ter hoogte van 2 meter boven het mveau
van de straat in zwarte duidelijk zichtbare drukletters ten tenminste 1 /2
cm lijndikte, gedrukt op witte ondergrond, is aangebracht het woord
„Paardevlees".
2. Paardevlees mag niet voor vlees, afkomstig van andere slachtdieren,
worden verkocht.
Artikel 2.
1. Het is verboden uit het buitenland afkomstig en in bevroren toestand
aangevoerd, vlees te verkopen, te koop aan te bieden of te leveren, ten ge-
schenke te geven, tot vervoer of aflevering voorhanden hebben, in voor-
raad te hebben in anderé vleeswmkels, waaronder mede begrepen aangren-
zende bedrijfsruimte dan die, waar aan de voorgevel of aan het (de) winkel-
ra(a)m(en) ter hoogte van 2 meter boven het niveau van de straat m
zwarte duidelijk zichtbare drukletters van tenminste 1 VzL lijndikte, ge-U^.
drukt op een witte ondergrond, zijn aangebracht de wcft'den„Bevroren
vlees".
2. Buitenlands bevroren vlees mag niet verkocht worden voor vers
vlees.
Artikel 3.
1. Overtreding van het bepaalde in de artikelen 1 en 2 wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste 1 maand of geldboete van ten hoogste 150
guldens.
2. Indien de in het eerste lid van dit artikel bedoelde overtreding wordt
begaan door of vanwege een rechtspersoon, een vennootschap, enige andere
vereniging van personen of een doelvermogen, wordt de strafvervolging
ingesteld en wordt de straf uitgesproken, hetzij tegen die rechtspersoon,
die vennootschap, die vereniging of dat doelvermogen, hetzij tegen hen,
die tot het feit opdracht hebben gegeven, of die feitelijke leidmg hebben
gehad bij het verboden handelen, hetzij tegen beiden.
Artikel 4.
Met de opsporing van de overtreding van deze verordening zijn belast:
a. de ambtenaren van gemeentepolitie;
