2e afd. 29 januari 1959 16
FINANCIËLE MOEILIJKHEDEN BIJZONDERE KLEUTERSCHOLEN.
Aan de Raad,
Bij Uw besluit van 28 oktober 1948, no. 103, gewijzigd bij raadsbesluit
van 25 februari 1954, no. 21, is vastgesteld een Verordening tot regeling
van de voorwaarden, Wciarop aan bijzondere kleuterscholen subsidie uit de
gemeentekas kan worden verleend (de ,,Verordening subsidiëring bijzon-
dere kleuterseholen").
Die verordening regelde de financiële gelijkstelling tussen het openbaar-
en het bijzonder kleuteronderwijs. Volgens die verordening werd aan de
besturen van de bijzondere kleuterscholen ten behoeve van de op 28 oktober
1948 gevestigde of na die datum met onze goedkeuring te stichten bij-
zondere kleuterscholen subsidie uit de gemeentekas verleend, indien aan
bepaalde voorwaarden ten aanzien van de leerlingen, het schoolgeld, de
schooltijden, het personeel en het gebouw werd voldaan.
Het subsidie bestond uit o.m. de kosten der jaarwedden en sociale lasten
van het onderwijzend personeel en de materiële exploitatiekosten. Boven-
dien werd een bijdrage verleend in de kosten van voorziening in school-
ruimte, bestaande uit:
a. rente en afschrijving van de bouwkosten. de grond hieronder niet be-
grepen;
b. rente van de kosten van grondaankoop en
c. de kosten van het huren van gebouwen.
Een vereniging, die een kleuterschool wenste te bouwen, behoorde dus
zelf voor het benodigde kapitaal te zorgen.
Voor afschrijving mocht in het algemeen jaarlijks 2% van de onder
a bedoelde bouwkosten in rekening worden gebracht. De plannen alsmede
de bouwkosten waren aan onze goedkeuring onderworpen.
Op 28 oktober 1948 bestonden:
a. de protestantse kleuterschool aan de Lieven de Keylaan, gebouwd in
1925, met een dependance aan de Laan van Bloemenhove;
b. de in 1927 gebouwde r.-k. kleuterschool aan de Kerklaan 56 en
c. de in 1929 gestichte r.-k. kleuterschool aan de Molenwerflaan.
Deze scholen genoten reeds vanaf de stichtingsdatum gemeentelijk
subsidie onder de toen geldende regelen.
Onder vigueur van de bepalingen van de verordening van 1948 is in 1955
de dependance aan de Voorweg van de kleuterschool aan de Lieven de
Keylaan in gebruik genomen.
In februari 1955 is geopend een protestantse kleuterschool aan de Koe-
diefslaan, eveneens onder de werking van de verordening van 1948; deze
school bevat 3 lokalen en een speellokaal. Door de ingebruikneming van
deze school is de dependance aan de Laan van Bloemenhove komen te
vervallen.
De r.-k. kleuterschool aan de Molenwerfslaan is in 1954 uitgebreid met
3 lokalen.
Omdat de besturen van de kleuterscholen zelf voor de nodige geldmidde-
len moesten zorgen om de kosten van bouw en inrichting van hun scholen
te kunnen betalen, hebben zij geldleningen aangegaan. Die geldleningen
moeten in ten hoogste 40 jaarlijkse termijnen worden terugbetaald, voor-
zover zij betrekking hebben op de bouw en eerste inrichting, en in een
korter tijdvak voorzover het betreft na de stichting aangebrachte ver-
beteringen en gedane aanschaffingen.
