26 februari 1959. 65 ben in hun gisteren gehouden vergadering nog besproken of het niet goed zou zijn om de maquette van het kunstwerk ter tafel te brengen. Burge- meester en wethouders hebben gemeend dit niet te moeten doen omdat men deze zaak principieel moet zien. Het oordeel over de maquette is nu eenmaal voorbehouden aan burgemeester en wethouders. De heer Verhoeven meent toch dat er iets is misgelopen. Burgemeester en wethouders hebben iets geaccepteerd zonder bepaalde reserves te ma- ken. Burgemeester en wethouders hebben de tekeningen niet gezien. Dit houdt dus in dat burgemeester en wethouders het oordeel over het kunst- werk renvoyeren naar de welstandscommissie. De Voorzitter: ,,Het stond niet op de tekening". Mr. Rutgers: Het risico dat burgemeester en wethouders namen was, dat de tekening de welstandscommissie nog moest passeren en het college heeft niet op die gronden geweigerd. De Voorzitter wijst er op, dat het gaat om het subsidiebedrag van /2500,hetgeen burgemeester en wethouders altijd nog bereid zijn te betalen wanneer er een kunstwerk wordt gemaakt dat de goedkeuring van het college kan verkrijgen. Burgemeester en wethouders hebben nu een- maal de taak te zorgen dat de gemeentelijke gelden goed besteed worden en dan komt men vanzelf tot het punt dat het college moet gaan beoor- delen of de aangeboden kunstwerken het geld inderdaad waard zijn. De heer Schuitenmaker zegt, dat uit het hele verloop van zaken blijkt, dat er een mogelijkheid was dat de welstandscommissie kon ingrijpen. Daarmee staat helemaal niet vast, dat het kunstwerk zonder meer zou worden goedgekeurd. Als burgemeester en wethouders over de welstands- commissie heen willen gaan, dan hebben zij daar naar zijn smaak volko- men het recht toe. Mr. Rutgers vraagt, of burgemeester en wethouders alsnog van plan zijn het kunstwerk te weigeren op grond van de bouw- en woningver- ordening. De Voorzitter antwoordt, dat burgemeester en wethouders als gunst altijd nog bereid zijn om 2500,subsidie in een kunstwerk te verlenen. Dan blijft de beoordeling van de kunst in concreto. Alle subsidies worden op hun waarde beoordeeld. Zo gaan wij ook niet een vereniging van vrij- denkers subsidiëren. Dat wordt ook beoordeeld. Mevr. van der Meulen meent, dat de voorzitter dit er niet moet bijha- len, omdat het de zaak helemaal niet raakt. De Voorzitter wijst er op, dat men met een bespreking van het subsidie- beleid tot de kern van de zaak moet gaan. Men heeft nu eenmaal de ver- antwoording voor een goede besteding van het gemeentegeld. Mr. Rutgers vraagt, wat burgemeester en wethouders dan gewild had- den dat het bestuur had gedaan. De Voorzitter antwoordt, dat het bestuur met een aanvaardbaar ont- werp van een kunstuiting had moeten komen. Wanneer men echter iets maakt wat niet anders is dan een paar gaten waarin glas geplaatst in beton en verder niets, terwijl men er een bordje onder zou moeten hangen om aan te geven wat het betekent, dan is dat voor burgemeester en wethouders geen kunstwerk. Mr. Rutgers meent, dat burgemeester en wethouders dan te kennen hadden moeten geven, dat het plan voor het kunstwerk door hen nog moest worden goedgekeurd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1959 | | pagina 27