53
i
3e afd.
26 maart 1959.
3. De gemeente-ontvanger of diens waarnemer geeft van iedere betaling,
tenzij deze geschiedt per giro, bank of postwissel, onmiddellijk een
kwitantie af.
4. Na inlevering van de ongebruikte toegangsbewijzen mits deze piaats
heeft binnen 30 dagen na afloop van de vermakelijkheid en mits de
bewijzen nog voorzien zijn van de controlestroken wordt terugge-
geven, hetgeen blijkt teveel te zijn betaaid.
Artikel 14.
Invordering.
Ten opzichte van de invordering dezer belasting wordt overigens gehan-
deld overeenkomstig de bepalingen van de gemeentewet.
Artikel 15.
Strafbepalingen.
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 306 van de gemeentewet wordt
het niet of niet behoorlijk nakomen of vervullen van de formaliteiten,
welke tot een juiste heffing van de belasting worden gevorderd, gestraft
met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van ten
hoogste driehonderd gulden.
2. Mede onverminderd het bepaalde in artikel 306 van de gemeentewet, is
de burgemeester bevoegd het houden van vermakelijkheden, ten aan-
zien waarvan niet kan worden aangetoond, dat aan de bepalingen dezer
verordening is voldaan, te verbieden of te schorsen.
Artikel 16.
Inwerkingtreding.
1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand
volgende op die, waarin schriftelijke kennisgeving van de koninklijke
goedkeuring door burgemeester en wethouders is ontvangen.
2. Alsdan vervallen de bestaande verordeningen op de heffing en invor-
dering van een belasting op vermakelijkheden.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van 26 maart 1959.
De secretaris, De voorzitter,
De v
