26 maart 1959.
80
De Jieer Verhoeven is het eens met de door de heren Verkouw en Zeg-
waart gemaakte opmerking, dat invoering van deze heffing voor de minst-
bedeelde mensen betekent, dat met de ene hand wordt teruggenomen wat
met de andere hand is gegeven. Overigens is de opmerking van de heer
Verkouw volkomen juist, dat de raad bepaalde gemeentenaren van de be-
lasting kan ontslaan door de belasting oninbaar te verklaren. Er is ook
nog een andere oplossing mogelijk, nl. dat de gesteunden middels de steun-
regeling die 6,wordt vergoed. Bovendien behoeft op dit ogenblik de
straatbelasting dan niet verhoogd te worden.
Mr. Butgers wil beginnen met namens zijn fractie hulde te brengen aan
het college voor de invoering van deze regeling, waardoor uiteindelijk het
ophalen van vuilnis beter kan worden verzorgd. Het is al lang de wens
van zijn fractie geweest dat dit in Heemstede ook zou gaan gebeuren, waar
vele gemeenten ons hierin al zijn voorgegaan. Een gevolg is dat uitgaven
moeten worden gedaan. Zijn fractie begrijpt dat burgemeester en wethou-
ders getracht hebben om deze uitgaven althans enigszins te dekken. Spre-
ker kan zich met de wijze waarop dit gebeurd is zeer wel verenigen. Hij
vindt een betaling van /0,50 per maand in het aigemeen voor deze dienst
niet te veel Hij ziet niet in dat daar nog weer wat van af moet. Nu is
het de gewoonte van veel leden om altijd te wijzen op de minst draag-
krachtigen. Spreker gelooft dat daar toch een gevaar in schuilt. Wij moe-
ten deze mensen helpen, dat is plicht, en daarom heeft spreker tot zijn ge-
noegen gehoord, dat de steunnormen verhoogd zijn. Maar om bij iedere in-.
voering van een normale belasting, die eigenlijk geen belasting is, maar
een vergoeding voor een bewezen dienst, nl. het ophalen van huisvuil, waar
iedereen plezier van heeft, direct daarin een differentiatie te gaan aanbren-
gen, vindt spreker irreëel, zonder dat irreëel wil zeggen dat het iets kwaads
is. Het is altijd goed wanneer men in zijn hart aan de minder bedeelden
denKt, maar spreker vindt het onjuist om er bij deze kwestie aan te den-
ken. Spreker vindt het volkomen normaal dat hier een vrij kleine vergoe-
ding wordt gerekend van hen, die van deze dienst gebruik maken en wan-
neer dat voor enkelen moeilijkheden meebrengt, dan kan de dienst van so-
ciale zaken die opvangen. Zo denkt in grote iijn zijn fractie er over.
Mr. Pliester zegt, dat ook zijn fractie zich met dit voorstel kan vereni-
gen. Hij wil niet in de richting van een herhaling van de begrotingsdebatten
gaan, maar hij wil er toch wel op wijzen, dat zijn fractie juist bij de be-
handeling van de begroting heeft gezegd, dat eventueel tegen een gebleken
noodzaak van invoering van een soort retributie als deze, geen bezwaar
zou zijn, temeer nu Gedeputeerde Staten menen, dat de gemeente meer in-
komsten zal moeten hebben. Zijn fractie meent, dat tegen een maatregel
als deze geen bezwaar kan worden gemaakt, omdat een bedrag van f 0,50
per maand eigenlijk wel haast voor iedereen te dragen is. Het college stelt
als tegemoetkoming uit de algemene middelen 1 vuilnisemmer ter beschik-
king. Indien er werkelijk zulke arme mensen zijn, dat zij niet voor 1 jaar
0,50 extra voor een eventuele tweede emmer zullen kunnen opbrengen,
dan kunnen zij altijd nog langs andere wegen worden geholpen. Het prin-
cipe is echter, dat voor een bewezen dienst, waarvan iedereen nut heeft,
door iedereen wordt meebetaald.
De Voorzitter: „Het ophaalrecht is geen 0,50 per jaar maar /6,
De heer Zegvvaart merkt op, gezegd te hebben, dat er verschillende ma-
nieren zijn om de gesteunden tegemoet te komen. Spreker heeft in eerste
instantie voorgesteld aan artikel 2 een vierde lid toe te voegen. Het is hem
°°k goed als de gesteunden die 0,50 per maand als extra uitkering bij hun
steun krijgen.
Wethouder Corver is blij, dat de gehele raad zich akkoord heeft ver-
klaard met deze vorm van vuüophaling. Dat in de kleine vergoeding die