dan H S .10™. e«iî ïfc O'™1"
160 25 juni 1959
Z.V11 dG„ m°nd geleg:d zou hebben- moet spreker bezwaar maken Hi i
heeft, zonder een wethouder te noemen, geheel in het algemeen dus êre'-
h6gä a men, na de bestedingsbeperking maar denkt, vooruit maar! Hii
heeft dus wat dat betreft het college geen verwijt gemaakt
Door de heer van Lent zijn de voordelen van de voorgestelde uitbreidinn
van de brandweerkazerne nog eens naar voren gebracht De raadsleden
zijn het daar algemeen mee eens. Alleen geiooft fpreker, dat er een aan
tal raadsleden is dat wel graag zou wiilen, dat er bij dit plan nosr ever
verder was gedacht. Spreker garandeert, dat het geen 7 jaar zal duren
afnsrhfff"^811106^6^ 611 wethouders met een voorstel zullen komen om tot
aanschaffmg van kleine eenheden voor de brandweer over te gaan AIs die
dan weer moeten worden opgeborgen in de instructieruimte voor fe brand
Wokf n' n m°ei daarvoor weer een andere oplossing gezocht worden
Spreker îs van oordeel, dat men daar dan beter nu reeds rekening mee
kan houden. Spreker vraagt zich af, of deze zaak met een maand fitTtel
zal staan of valien. Hij zou graag zien dat in die maand de raad de ter-
reinen en de gebouwen van de bedrijven zou gaan bekiiken zodat een
dit^nfd11 gedachten over deze zaak eens kan formuleren. Hij'gelooft dat
dit na de discussie die hierover gevoerd is, geen onpractisch voorstel is
nomen ma n dan met kennis van zaken een besluit worden ge-
men^Hlf heïft .waarom er Persé een nie™ politiebureau moet ko-
men Hij heeft; eens uitgerekend, voor zover hij dat kan, hoeveel mensen
in het pohtiebureau moeten werken. Spreker denkt dat het gebouw de hele
g door, door 8 9 mensen bezet is, n.l. hoogstens 2 maar meestal 1 man
kfhhtlïtmwacht boveii wat administratief personeel en een halve dag-
kracht voor de B.B. Ook dat kan dan misschien in die maand bekekfn
®pre maakt er dus maar een voorstel van om dit punt van de
agenda,af te voeren om het eoiiege en de raad in de komende maand ze-
legenheid te geven een avond bij elkaar te komen en waarbij enige toelich-
ting °p deze zaken kan worden gegeven. Een en ander laat hij graa°- aan
het beleid van het college over. J g aan
De Voorzitter zegt, dat er zich een debat ontwikkelt over de huisvesting
yan de politie Hij wil dit terzijde laten. Spreker gelooft niet dat de hee?
Zegwaart op dit terrein erg deskundig is.
De heer Zegwaart heeft voorgesteld om de terreinen van onenbare wer
ken en de bedrijven te bezichtigen om te zien welke ruimte daar beschik
worden HO T verloop van een maand een hesluit genomen kunnen
Het îs echter wel bekend welke ruimte daar is Moet ooenbare
^erhen daar wc£ en moet daar een politiebureau komen Wat wil men
eigenlyk We kunnen er wel gaan kijken, maar men gelooft toch niet dat
moe% An,slndenh V0°^ 6lkaar 18 en dat men weet welke richting men uh
Burgemeester en wethouders zouden niet met dit voorstel gekomen ziin
wanneer het met hoogst dringend was. Het plan ligt al zoveel iaren in
portefeinHe dat z° langzamerhand de tijd wel gekomen is om deze nood
zakehjke uitbreiding ter hand te nemen.
hp°8weer Ze^waart ze^t. dat met een bezoek aan die terreinen misschien
bereikt zou kunnen worden, dat de raadsleden ook tot bepaalde construc-
gedachten komen. Van de zijde van het college heeft men alleen
maar °m (ie zaak heengedraaid en geprobeerd haar een klein beetje in het
belachelijke te trekken. Burgemeester en wethouders hebben nfg niet één
k6er gezegd- dat het hun niet zo mal lijkt om deze zaak eens Irnstig tf
bekijken. Daarom zou spreker dat bezoek aan de terreinen van openbare