171
2e Afd.
17 december 1959.
VERHOGING BESCHIKBAAR GESIEI I) BEDRAG PER LEERLING
VOOR OPENBAAR GEWOON LAGER ONDERWIJS VOOR
HET JAAR 1959.
Aan de Raad,
Op grond van het bepaalde in het 5e lid van artikel 55 bis der Lager-on-
derwijswet 1920 kunnen de ingevolge het eerste lid van genoemd wetsar-
tikel door de gemeenteraad voor een bepaald jaar beschikbaar gestelde be-
dragen per leerling achteraf worden verhoogd.
De post „Kosten van het instandhouden van schoolgebouwen, alsmede
van terreinen voor het onderwijs in lichamelijke oefening" onder volgnum-
mer 306 van de gemeentebegroting voor het dienstjaar 1959, die onder
andere de basis vormde voor het raadsbesluit van 29 januari 1959, no. 1,
waarbij o.m. het bedrag per leerling voor het openbaar gewoon lager onder-
wijs voor 1959 op grond van het le lid van het in de aanhef van ons voorstel
genoemd wetsartikel is vastgesteld op 54,45, heeft in de loop van dit jaar
een verhoging met 3600,ondergaan, te weten:
a. 3.100,voor herstellingen aan de Voorwegschool;
b. 500,voor schilderen bovenlokaal Dreefschool.
Uitgaande van een gemiddeld aantal leerlingen van het openbaar gewoon
lager onderwijs over 1958 van 920 betekent dit een oversöhrijding van het
voor 1959 beschikbaar gestelde bedrag met 3.600,920 is 3,91 per
leerling.
Teneinde de besturen van de bijzondere scholen in de gelegenheid te stei-
len over het lopende jaar aan exploitatie-uitgaven eveneens 3,91 per leer-
ling meer te besteden, stellen wij U voor het bij Uw besluit van 29 januari
1959 no. 1 voor het openbaar gewoon lager onderwijs voor 1959 beschik-
baar' gestelde bedrag ad 54,45 te verhogen met 3,91 en te bepalen op
58,36.
Hiertoe bieden wij U bijgaand ontwerp-besluit ter bekrachtigmg aan.
Heemstede, 9 december 1959.
Burgemeester en wetohuders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
A. van Wingerde.
De Raad der gemeente Heemstede;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 9 december
1959;
gelet op het bepaalde in artikel 55 bis, 5e lid der Lager-onderwrjswet
1920;
BESLUIT:
het bij zijn besluit van 29 januari 1959, no. 1 voor het openbaar gewoon
lager onderwijs voor het jaar 1959 op grond van het eerste lid van genoemd
wetsartikel beschikbaar gesteld bedrag per leerling ad 54,45 te verhogen
tot 58,36.
&eé#kn ter openbare raadsvergadering van 17 december 1959.
De secretaris, De-vooszjtter,
