7 januari 1960.
19
omvang sterk gezwollen overheidsapparaat, maar de freule in kwestie
kwam het eerst aan het woord en die wilde onmiddellijk gaan bezuinigen
op de haars inziens zovele rijksauto's, die ze zag rijden. Toen ben ik hard-
op macro-economisch gaan denken (alleen heette het toen nog niet zo)
en ik heb gevraagd hoeveel van de gehele rijksbegroting er nu wel
voor al die auto's was uitgetrokken. Toen ik dus dit onmogelijk kleine be-
drag (relatief natuurlijk gesproken) stelde tegenover talloos vele bedra-
gen, waarop wël bezuinigd zou kunnen worden, was men hoogst veront-
waardigd, dat ik het er niet mee eens was om over zulke kleinigheden te
beginnen. Ik ben na de tweede vergadering uit die commissie gegaan en
die commissie is een pijnloze dood gestorven (natuurlijk niet door mijn
uittreden, maar omdat meerdere leden voor dit beknibbelen niets voelden).
Ten aanzien van subsidies hebben wij natuurlijk allemaal onze hobby's.
U zult dat wel merken als wij met de begroting zo ver zijn, maar ik wei-
ger, tenzij er principiële redenen zijn, mij druk te maken over 25,of
200,subsidie hier- of daarvoor. Ik laat dat gaarne aan burgemeester
en wethouders over en ik vind het niet nodig dat wij daar bijna twee
bladzijden van het voorlopig verslag mee volmaken.
Van knibbelen gesproken, mijn fractie heeft bezwaar tegen het sten-
cillen van de notulen en de raadsstukken. Het luttele bedrag dat daardoor
wordt bespaard, luttel in verhouding tot het totaal, weegt niet op tegen
het bezwaar van alle gebruikers. Dit is „penny wise and pound foolish".
En nu moet ik U zeggen, dat ik toch wel een beetje bezwaar heb tegen
het altijd vertalen van vreemde termen, want ik presenteerde iemand
gisteravond een sigaar en die sigaar heette E1 Besito. Hij zei tegen mij,
weet je wel wat E1 Besito betekent? En toen bleek dat „E1 Besito" ,,kusje"
betekent.
Als we toch bezuinigen moeten zaagt U dan de poten van deze tafel
af, waar ik iedere keer mijn knieën aan stoot.
Ten aanzien van de tarieven van gas en elektriciteit mitsgaders water,
ben ik mij bewust dat er thans grotere winsten van de bedrijven zijn ge-
raamd om het zogenaamde tekort op de begroting, dat er naar mijn smaak
feitelijk niet is, omdat wij onze vordering op het rijk vanwege de uitke-
ring inzake de financiële verhouding en inzake de middelbaar onderwijs
uitkeringen nog niet konden activeren, zo laag mogelijk te houden. Laat
ons aannemen, dat die uitkeringen er komen, zoals wij toch vrijelijk mo-
gen doen, dan vraag ik slechts wat ik ieder jaar weer vraag: laat deze
winsten niet de sluitpost van de begroting worden, matig de tarieven zo-
veel als mogelijk is, voor de neringdoenden en de grootverbruikers en met
name ook voor de gezinstarieven. In feite is, per gezin berekend, de reduc-
tie die onze gewone gebruikers op de prijzen voor gas en elektra genieten
door middel van de gezinstarieven als absoluut getal heel erg laag. Wij
doen wel grote-jongensachtig met onze gezinstarieven, maar feitelijk krij-
gen de grotere gezinnen niets dan een lapje voor het bloeden. De reducties
zijn zeer gering. Ik weet heus wel dat vele kleintjes een grote maken,
maar bezie de zaak ook eens vanuit de reductie per gezin met enige kin-
deren. De reduetie per gezin is per jaar berekend zeer klein en onze frac-
tie rekent er dan ook stellig op dat, ingeval de opbrengsten en dus de
winsten van de bedrijven wat lager kunnen worden gesteld (wanneer dat
mogelijk wordt gemaakt door het beeld van de begroting) de gezinstarie-
ven een niet onbeduidende verbetering zullen ondergaan.
Blijkens het algemeen verslag hebben verschillende raadsleden iniich-
tingen gevraagd omtrent de mogelijkheid tot verruiming van de woning-
bouw in onze gemeente. Het zal onnodig zijn te betogen, dat de leden van
onze fractie, kennis genomen hebbende van de antwoorden van het col-
lege van burgemeester en wethouders, met hen betreuren, dat er blijkbaar
zo weinig mogelijkheden zijn om het aantal ter beschikking komende
woningen in belangrijke mate uit te breiden. Er zal bij het behandelen van
