54 7 januari 1960.
decentraliseren, er dan in de gemeenten een verschillend verzorgingsneil
zou ontstaan. In principe vind ik dat echter helemaal zo gek niet Ik kan
me best voorstellen om nu maar weer Tietjerksteradeel te noemen
dat men daar (het zal met het geval zijn) geen zwembad heeft en hier wel.
nltlJd gemeenten die voor andere gemeenten iets over moeten
hebben. Zijn wij niet de long van Kennemerland door het landgoed dat
wij bezitten en waarvan wij op het ogenblik helemaal alleen de lasten moe-
ten dragen En laat een andere gemeente maar eens iets anders speciaal
verzorgen. Dat vind îk op zichzelf niet zo erg. Onder de huidige omstan-
hebben611 gevolg daarvan, heus geen volksverhuizingen plaats
Er zijn dus door onze gemeente bepaalde belastinggebieden ongemoeid
gelaten. Dat weten we allemaal en wij worden daarvoor, ik zou haast
zeggen bij ledere gelegenheid, op de vingers getikt door de leden van de
v' d' A-. zeggen, dat alle mogelijkheden op het gebied van belastin-
gen nog met uitgeput zijn en dat men daarom eigenlijk niets doen mag.
k geloof toch met dat Heemstede tot de noodlijdende gemeenten behoort
Zodra een noodlijdende gemeente geen duitjes meer heeft en dus bii de
centrale overheid moet aankloppen voor extra bijdragen, dan kan de cen-
trale overheid zeggen, dat de gemeente eerst de eigen middelen helemaal
moet uitputten. Zolang echter de lepel in de brijpot staat, treuren wij nog
met. Wij hoeven in Heemstede nog niet te huilen, want wij hebben nog
en W1J. .h®bb?n meer dan °P Papier blijkt. Zolang dat het geval is behoe-
ven wij de belastingen niet te verhogen. Het zou dwaasheid zijn dat te
doen omdat men bij verhogmg van de straatbelasting in strijd handelt met
verdelende rechtvaardigheid die wij voorstaan. Men zou toch alleen
een bepaalde categorie van mensen extra belasten, een categorie die het
ook met helpen kan. En het gaat straks niet meer om geringe bedragen.
Daarom moeten wij niet zo kinderachtig zijn en iedereen op stang willen
jagen en alle mogelijke mensen speldeprikken geven met kleine belas-
tmgverhogmgen die we werkelijk niet nodig hebben.
Een ander onderwerp dat mevrouw van der Meulen heeft aangesneden
mlJ toeh noS" wel na aan het hart. Mijn rechterbuurman zal daar onge-
twijfeld zelf nog over willen spreken. Ik kan wel zeggen, dat ik van me-
mng ben dat het muziekonderwijs op de Iagere scholen er toch wel mag
komen. Ik moet er één ding bijzeggen. Ik weet niet of dat magere geluid
van die blokfluit het muziekonderwijs is, waarnaar wij moeten streven.
Ik vmd dat een schraal geluid. Het hoeft van mij niet een compleet orkest
te zijn, maar naar mijn mening kan het muziekonderwijs ook nog op an-
dere wijze worden gegeven. 1
De beer Phester heeft gezegd dat hij wel voelde voor cultuur maar niet
voor cultuur. Er is inderdaad eens van een van de scholen een aanvrage
voor muziekinstrumenten geweest. Het bleek dat het de bedoeling was om
sambaballen of hoe heten die dingen aan te schaffen. Natuurlijk ben ik
mot de heer Plie®ter eens, dat men die dingen niet te ver moet drijven
maar ik moet: de heer Pliester er toch wel op wijzen, dat al onze jongeren
door het ntme bezeten zijn. Nu kunnen we dat betreuren en zeggen het
zijn een soort negers geworden, die alleen maar naar de tam-tam luistêren
maar die jazzgevoeligheid zal de jongeren bijblijven en het is helemaai
met erg als de jongeren, naast klassieke muziek, ook eens iets horen van
de nieuwe vormen van muziek die er zijn ontstaan. Er zijn daarbii be-
shst vormen, die blijvend zijn en die kunnen we niet uitschakelen. Dat de
jongeren m de eerste plaats moeten beginnen met het normale muziekon-
derwijs, daar ben îk het volkomen mee eens.
Mevrouw van der Meulen heeft voorts gezegd, dat het zo jammer is
luist de mensen waarvoor de Heemsteedse Kunstkring ontwikkelend
zou kunnen werken, daarvan geen lid worden. Ik mag mevrouw van der
Meulen verzekeren, dat dit beslist niet aan de Heemsteedse Kunstkring
