62 7 januari 1960. dat het niet nodig zal zijn dit te reglementeren. Mogelijk kan er een zekere norm voor het toekennen van subsidies worden gevonden. De heer Rutgers heeft er over gesproken, dat burgemeester en wethou- ders de leiding van de gemeenteraad hebben. Indien de gemeenteraad zich door enkelen laat leiden dan is dat m.i. erg fout en ik heb niet de indruk ge- kregen, dat dit hier het geval is. Het ontbreekt m.i. deze raad helemaal niet aan luisteren naar de andere fracties. Ik geloof dat de heer Rutgers dat niet helemaal goed ziet. Men kan niet anders verwachten dan dat men, luisterende naar anderen, toch naar eigen inzichten zijn standpunt bepaalt. Het heeft mij niet verbaasd dat, naar aanleiding van mijn vraag inzake drankmisbruik in onze gemeente, juist de heer Rutgers degene is geweest die daarover een grapje heeft gemaakt. De heer Rutgers is altijd een strij- der voor de vrijheid. Hoever gaat dat vrijheidsbesef van de heer Rutgers Laat de mensen toch drinken! Het heeft mij genoegen gedaan te horen, dat hier geen uitzonderlijke jeugdcriminaliteit heerst. Zo dat het geval zou zijn geweest, zou het toch op de weg van de overheid hebben gelegen om in deze de helpende hand te bieden". De heer Verkouw zegt: „Ik zou graag nog op enkele zaken willen ingaan, die meer op mijn terrein liggen. De heer Rutgers heeft o.a. gezegd, dat Heemstede in haar ontwikkeling ten achter blijft en dat dit niet te wij- ten zou zijn aan het gemeentebestuur, want dat heeft niet aan potverteren gedaan. Ik mag er dan op wijzen, dat alle reserves op zijn en dat het ge- meentebestuur heeft moeten zoeken om nog een verscholen reserve te vin- den, waarmede deze begroting sluitend te maken was. Als het eens zo was, dat er geen nieuwe financiële verhouding kwam, dan zou Heemstede het volgend jaar zeker niet in staat zijn een sluitende begroting samen te stellen. De heer Rutgers is voorts van oordeel, dat eigenlijk de vorige regering de schuldige is, over politiek gesproken dat een gemeente als Heem- stede nog niet kan profiteren van de nieuwe wet financiële verhouding. Vanaf 1895 is de wet financiële verhouding een lijdensweg gegaan. Nog nooit is er één regering in geslaagd en deze zal het ook niet kunnen, om alle gemeentebesturen tevreden te steilen. Het is altijd zo geweest, dat wat de ene gemeente heeft gekregen aan de andere onthouden is en het zal nu precies zo gaan. Maar toen enige jaren geleden minister Hofstra een douceurtje voor de gemeenten had van 20 miljoen, hebben de rechtse par- tijen dit voor een schotel Iinzen verkocht en het zodanig aangewend, dat de belasting op de rookartikelen niet verhoogd behoefde te worden. Toen was er gelegenheid om iets voor de gemeenten te doen. Er is verder door verschillende sprekers gesproken over een eigen be- lastinggebied voor de gemeenten. Ik vraag mij af, of als de gemeenten dit zouden krijgen, men dit dan nog zo zou begeren. Nu zijn er immers nog mogelijkheden en die worden al niet gebruikt, en bovendien: heeft de mi- nister van binnenlandse zaken niet gezegd, dat als de gemeenten een eigen belastinggebied willen hebben, dat zulks zou betekenen, dat het van het rijk afgenomen zou worden Het rijk kan echter op dit ogenblik geen belastingen prijs geven. Wat het subsidiebeleid betreft heb ik met veel genoegen mogen merken dat de heer Rutgers mijn geschrift ik had het destijds ook aan dé heren Verhoeven en Kooijmans gegeven zo met zorg heeft gelezen en ik zou zeggen, dat hij zowel mr. Verplanke als mijn persoon recht heeft gedaan. Ik vind het alleen jammer dat de heer Rutgers de voortzetting van de discussie destijds in het Tijdschrift voor Overheidsadministratie niet heeft gevolgd. Ik wil niet zeggen, dat hij dan aan mijn zijde zou zijn komen te staan, maar het was misschien mogelijk geweest. Het spijt mij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1960 | | pagina 62