189 28 april 1960 men. Waar zouden ze ook van moeten sparen! En toch was de opzet van de regeling dat er zoveel mogeiijk ambtenaren aan zouden deelnemen. De percentages van 25 en 15 zijn destijds door de minister gekozen, omdat er zoveel verlangens bij de organisaties waren. Sprekers fractie i's zeer be- meuwd, hoe de regeling, waaraan zij haar stem niet zal ontnouden, over 1 of 2 jaren zal werken. Er zal dan wellicht gelegenheid zijn, aan de hand van de opgedane ervaringen, opnieuw een standpunt te bepalen. De heer Zegwaart wil hier toch ook wel graag een enkel woord over zeggen, omdat er een paar dingen gezegd zijn, die geheel voor rekening van de vonge sprekers blijven en waar spreker het niet mee eens is De heer Pliester heeft gezegd, dat hij liever zag, dat gepoogd werd om het geld meer waardevast te maken. Daar is spreker het roerend mee eens, maar hij is van mening, dat er ên waardevast geld moet zijn ên dat fr.. .ff1spaard moet worden, opdat het gespaarde geld inderdaad de waarde bujft behouden die het heeft op het moment dat men dit opzij legt. De heer Verkouw heeft gezegd dat sparen deugdzaam lijkt, maar spre- ker heeft ook wel eens gelezen, dat men in de kringen van de P.v.d.A. bang- is, dat men van de ambtenaren en van de mensen die sparen schra- pers zal maken. Dat is natuurlijk altijd mogelijk en die zijn er nie't alleen bij sparende ambtenaren en sparende mensen in het particuliere bedrijf maar die vmdt men ook onder mensen die van huis uit al een hoop geld hebben meegekregen. Het lijkt deugdzaam, zegt de heer Verkouw maar spreker stelt daar tegenover, dat sparen een deugd is en een noo'dzaak. Indien de werknemers doorgaan en daar gaan ze mee door te trach- ten een groter deel van de maatschappelijke produktie voor zich te ver- knjgen, dan zullen ze er ook rekening mee moeten houden dat er geïn- vesteerd moet worden voor de 65.000 nieuwe arbeidsplaatsen, die elk jaar tot stand moeten komen. En dat kan naar sprekers mening alleen als in- derdaad de werknemers, die van de poet tegenwoordig een groot deel krii- gen, bereid zijn, zij het dan niet in sterke mate, bij te dragen in de inves- termgen. Maar bovendien en dat is een heel ander beeld dan van een schraper, îs spreker van mening, dat enig bezit het individu zelfrespeet geeft en dat men daardoor in de ogen van anderen meer waard wordt. Als men altijd op de bodem zit te schrabbelen is het, als men in moeilijk- heden komt te zitten, zo zuur als men meteen altijd aangewezen is op de hulp van anderen. Als men in die omstandigheden zichzelf kan redden al îs het misschien soms ten dele, dan verhoogt dat inderdaad de waardig- heid van de mens. Daarom is spreker ontzettend blij, dat burgemeester en wethouders met deze gepremieerde spaarregeling gekomen zijn. De heer Verkouw heeft gezegd, dat niemand in ambtenarenkringen daar warm voor loopt. Hij had hieraan echter enige beperking moeten geven n.l. dat men daar in de kringen waarin de heer Verkouw verkeert, in de kringen van de socialisten, niet zo warm voor loopt. De heer Verkouw heeft ook gezegd, dat zijn partij iiever ziet, dat men doet aan bezitsspreiding Men weet op welke wijze de P.v.d.A. dit tracht te bereiken n.l. door belasting- verhogmg. AIs het nodig is zal spreker daar ongetwijfeld aan meewerken maar spreker kan er niet mee akkoord gaan, om dit te doen alleen om het bezit van onze nederlandse bevolking te verspreiden Wat de gedifferentieerde premie betreft merkt spreker op dat daar- over m het georganiseerd overleg ook verlangens zijn geuit/maar men heeft zich m het georganiseerd overleg er bij neergelegd dat men voor- lopig met de voorgestelde regeling zou starten en dat men dan na 1 of 2 jaar nog eens zou kijken of een verdere differentiatie van de premie niet gewenst zou zijn. Weth. Mr. van Wijk zegt, dat aanstonds kan worden toegegeven dat deze spaarregeling meer of min een experiment is, maar het kwam het coilege voor, dat dit experiment waard is om genomen te worden. In de

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1960 | | pagina 12