24 november 1960. 320 worden verleend. Hiervan moet aan het departement opgave worden ge- daan. Wanneer men beide zaken met elkaar zou gaan verbinden, zou men alleen maar het voorligg'ende verzoek kunnen verzwakken omdat er geen enkele kans op is dat voor het verversingshuis een volledige vergunning zal worden verkregen. Spreker zou dan ook ten sterkste willen ontraden om in deze te koppelen. Het verversingshuis is geholpen, Nieuw Berken- rode niet. De heer Scheer heeft het antwoord van de voorzitter niet bevredigd. Z.i. moet men wat men voor de een doet ook voor de ander doen. Voor Nieuw Berkenrode wordt nu een algemene vergunning gevraagd, d.w.z. dat, als bezoekers aan b.v. een bazar een borrel willen drinken zulks mogelijk is, maar wordt diezelfde bazar in het verversingshuis gehouden dan is het niet mogelijk want het is geen besloten gezelschap. Er is dus verschil tussen beide en ongelijk recht dient de raad te voorkomen. De Voorzitter wijst er op, dat men maar niet moet spreken over ongelijk recht want dan zou men nu moeten concluderen, dat het ongelijk recht is dat Nieuw Berkenrode geen vergunning heeft en het verversingshuis wel. Spreker gelooft dat Nieuw Berkenrode ten zeerste gebaat zou zijn met eenzelfde vergunning als die welke op het ogenblik voor het verversings- huis geldt. Als de mogelijkheid daartoe voor Nieuw Berkenrode aanwezig ware, dan zou dat zeer worden toegejuicht. Er is echter alleen een moge- lijkheid, zoals ook in het stuk gesteld is, aan de minister te vragen burge- meester en wethouders te machtigen een vergunning boven het vastgestelde maximum te verlenen voor een buitengewone inrichting voor maatschap- pelijk verkeer. Zo is het indertijd met het verversingshuis ook gegaan. Voor het verversingshuis is het verzoek toen dus ten dele ingewilligd. De pachters van het verversingshuis kunnen zich altijd tot burgemeester en wethouders wenden met verzoeken om voor bepaalde gebeurtenissen in het verversings- huis vergunning te verlenen. Van ongelijk recht is geen sprake. De heer Scheer heeft nog gezegd, dat, ondanks het feit dat de daarvoor gestelde tijd formeel verstreken was, er nog een geringe kans zou bestaan dat het maximum aantal vergunningen in deze gemeente zou kunnen worden verhoogd in verband met de gewijzigde inzichten in Den Haag. Spreker stelt zich niet veel voor van de gewijzigde inzichten in Den Haag, maar buitendien zal verhoging van het maximum aantal vergunningen geen enkel effect sorteren, omdat degenen die boven aan de lijst van can- didaat-vergunninghouders staan, een slijtvergunning wensen en aan slijt- vergunningen is in deze gemeente geen behoefte. Met dit middel kan Nieuw Berkenrode dus niet gehoipen worden. Mevr. Oohen zou graag het principiële betoog van mevr. van der Meulen willen ondersteunen omdat haar opvatting misschien van minder verdachte zijde komt, n.l. van een niet-geheelonthoudster. De voorzitter heeft gezegd, dat de bepalingen die het stichtingsbestuur voor de verhuur van Nieuw Berkenrode gemaakt heeft, weinig met de zaak te maken hebben. Haar fractie meent, dat dit er wel degelijk mee te maken heeft, want de stichting beroept zich op het algemeen cultureel belang van Nieuw Berkenrode en roept daarom de hulp van de raad in om haar de exploitatie van het ge- bouw mogelijk te maken, toevallig dan door middel van een vergunning. Haar fractie ontkent, dat het gebouw Nieuw Berkenrode, door de gemaakte uitzonderingen bij verhuur, van algemeen cultureel belang zal kunnen zijn. Als spreekster een historische vergelijking zou mogen trekken dan gelooft zij, dat bij toepassing van de gewraakte passage, een figuur als Willem van Oranje, die in zijn tijd wel degelijk zowel de maatschappij als de kerk wilde ondermijnen, bepaald niet in Nieuw Berkenrode zou zijn toegelaten. Haar fractie wil, in welke vorm ook, geen steun verlenen aan

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1960 | | pagina 13