2e afd.
27 januari 1961.
transport 478.200,-
b. een uitkering per leerling voor het
buitengewoon lager onderwijs 32.000,-
II. Algemene uitkering
a. een bedrag naar de oppervlakte der
gemeente van 5,per ha
b. 5 x de zuivere opbrengst van de
hoofdsom der grondbelasting met
een maximum van 15,per in-
woner
c. 80 van het gemiddelde bedrag der
jaarlijkse kosten van sociale zorg
over de jaren 1955, 1956 en 1957 ver-
menigvuldigd met een factor, welke
voor 1960 vastgesteld zal worden
op 1,4
d. een bedrag van 40,per inwoner
Hierbij komt nog het voordeel dat de
gemeente zal genieten wegens het
vervallen der uitkeringen aan school-
gemeenten voor het lager onderwijs
en wegens het vervallen der bij-
dragen aan schoolgemeenten en in-
stellingen voor het leerlingenstelsel
bij het nijverheidsonderwijs
Totaal
De gemeente zai de volgende haar krachtens de in
de wet toekomende uitkeringen derven:
1. Algemene uitkering
2. Belastinguitkering
3. Compensatie-uitkering personele belasting
4. Compensatie-uitkering grondbelasting
510.200,
4.805,
387.465,—
308.000,-
1.033.240,-
122.000,
54.000,—
1.733.510,
176.000,—
2.419.710,—
582.581,79
602.936,87
165.560,55
172.136,98
Bovendien wordt een nadeel ondervonden wegens
het vervallen der bijdragen van de buitengemeenten
ingevolge Titel Va der Lager-onderwijswet 1920 van 187.000,
Totaal 1.710.216,19
Zoals uit bovenstaande globale berekening vait te constateren zal onze
gemeente, indien het wetsontwerp in deze vorm tot wet zal worden ver-
heven, een jaarlijks voordeel te wachten staan van 2.419.710,—
1.710.216,19 709.493,Op dit bedrag zal evenwel voor de uitkerings-
jaren 1960, 1961, 1962 en 1963 een korting worden toegepast van respec-
tievelijk 4/5, 3/5, 2/5 en 1/5 gedeelte. Dit betekent dus in de begroting voor
1961 een verschil van rond 284.000,Het betekent tevens, dat het voor-
stel der regering om de datum van inwerkingtreding der nieuwe wet te
verschuiven van 1 januari 1959 tot 1 januari 1960 onze gemeente te staan
komt op een nadeel tot het volle bedrag van /709.493,Nu omtrent het
tijdstip van behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer der