25 mei 1961
209
is om haastig te werk te gaan zoals in de gevallen door de heer Corver
genoemd, vindt spreker de gevolgde procedure onbevredigend. Uiteindelijk
heeft hij zljn stem door navraag nog kunnen bepalen, maar dat is toch op
zo korte termijn niet de manier. Spreker hoopt, dat het college voortaan
meer rekening zal houden met de verlangens van de raad.
De voorzitter gelooft toch, dat de raad begrip moet hebben voor het plan
van het college om zo spoedig mogelijk in de eventuele vakature van ad-
junct-directeur van openbare werken te voorzien. AIs de benoeming zou
plaats vinden in de vergadering van juni zijn we weer een maand verder.
Mr. Pliester zegt, dat de heer Peterse waarneemt. De tweede sollicitant
die wordt voorgedragen zal zeker niet weglopen.
De voorzitter wijst er op, dat men nu toch één kracht mist. Normaliter
is er een directeur en een adjunct-directeur. De heer Peterse is nu al enige
maanden directeur en waarnemend directeur. Er is ontzaglijk veel werk te
verzetten en burgemeester en wethouders, achter de schermen kunnende
kijken, vinden het onverantwoord om dat zo maar te laten doorgaan. Bur-
gemeester en wethouders achten het van uitermate groot belang, dat zo
spoedig mogelijk in de bestaande vakature wordt voorzien. De vergadering
van de commissie van openbare werken heeft dinsdagmiddag piaats gehad.
Toevallig heeft de heer Pliester de stukken ook dinsdag ingezien.
Mr. Pliester merkt op, dat er dinsdagmiddag geen stukken aanwezig
waren.
De voorzitter wijst er op, dat voor de benoeming van een hoofd van een
tak van dienst uitdrukkelijk wordt geëist, dat dit in overleg met de betref-
fende raadscommissie dient te geschieden.
Mevr. van der Meuien zegt, eigenlijk geen antwoord te hebben gehad op
haar vraag waarom de raad niet uitvoerig is voorgelicht over de sollicitant
no. 1, zoals dat is gebeurd over de sollicitant no. 2. Voor die voorlichting
is tijd genoeg geweest en dan was de raad toch beter beslagen ten ijs ge-
komen dan nu het geval is.
Wethouder van Lent antwoordt, dat dit misschien komt doordat burge-
meester en wethouders hebben gedacht, dat de raad volkomen op de
hoogte was van de capaeiteiten van de heer Peterse die al 14 jaar in onze
gemeente werkzaam is en in aile opzichten voor zijn taak berekend is.
De heer Verkouw zegt, dat men vergeet, dat verschillende raadsleden
eerst 2 jaar zitting in deze raad hebben. Spreker wil de zaak tot de juiste
proporties terugbrengen. Het gaat in hoofdzaak helemaal niet om de ge-
maakte haast maar om de beperkte voorlichting van de raad. De raadsle-
den hebben slechts 2 stukken gezien, n.l. een zeer eenvoudige sollicitatie
van de heer Peterse, zonder namen, geboortedatum, zijn genoten opleiding
en zonder de functies die hij heeft vervuld en een zeer uitvoerige sollici-
tatie met referenties van de tweede aanbevolene plus een uitvoerige inge-
vuide vragenlijst van zijn tegenwoordige werkgever. Zijn fractie had
graag tevoren vernomen waarom burgemeester en wethouders de voorkeur
aan de heer Peterse geven, b.v. op grond van zijn opleiding, zijn capaci-
teiten, zijn bekwaamheid, zijn omgang met personeel, de ervaring die zij
met de heer Peterse hebben opgedaan, enz.
De voorzitter merkt op, dat het feit, dat burgemeester en wethouders de
heer Peterse no. 1 hebben geplaatst voldoende zegt. Spreker vindt het toeh
wei een beetje teveel gevergd om voor zichzelf een vragenlijst, zoals deze
naar verschillende gemeenten is gezonden, in te vullen.
De heer Verkouw gelooft, dat de voorzitter toch wel begrijpt wat spreker