434
15 december 1961
aantal te behandelen kinderen, geen 6 ochtenden in de week meer bezet
heeft, voor de overblijvende tijd moet worden uitgeleend aan nabijliggen-
de gemeenten of dat moet worden overgegaan tot tandverzorging op de
kleuterscholen. Burgemeester en wethouders willen dat nog wel eens be-
kijken. Zij hebben daarover in de memorie van antwoord enige twijfel
uitgesproken. Men kan maar niet een tandarts op kleuters afsturen, want
die willen niet behandeld worden, die gaan spektakel maken en zich ver-
zetten, daar moeten de moeders bij aanwezig zijn, kortom dat is echt niet
zo eenvoudig. Burgemeester en wethouders hebben dus helemaal niet
gezegd dat ze het niet zullen doen. Zij zullen het nog eens bekijken en
bespreken met de commissie van toezicht op de schooltandverzorging.
Dat zou gepasseerde maandag al gedaan zijn, dus vöôr de begrotingsbe-
handeling, als spreker niet door landspolitieke zaken verhinderd was ge-
weest. Die vergadering zal echter a.s. maandag plaats hebben.
Bekeken zal worden of de tandartse zal worden uitgeleend of dat de
tijd die zij over heeft in eigen gemeente productief zal worden gemaakt.
Dit zal ook financiele gevolgen hebben, want het rijk subsidieert de kleu-
tertandverzorging niet. Dat moet de gemeente dan zelf betalen en daar
zou dus in dit geval een nota aan de gemeenteraad over moeten komen.
Spreker vindt het helemaal geen taak voor het gemeentebestuur om bij
alle ouders die kleuters hebben van 0 4 jaar of van 2 3 jaar te infor-
meren wat er te verhapstukken valt. Dat is een taak die in het vlak ligt
van b.v. een consultatiebureau voor kleuters. In ieder geval is het een
zaak waar de schooltandverzorging buiten staat.
Waarom mevr. Cohen het maken van verkeersovertredingen vergelijkt
met het verwaarlozen van kleutergebitten door de ouders, ontgaat spre-
ker. Het een is n.l. openbare veiligheid en het andere is een verant-
woordelijkheid die door de ouders wordt gedragen. Niemand zal willen
beweren, dat de dienst voor de schooltandverzorging of de gemeente ver-
antwoordelijk is voor het verwaarlozen van kleutergebitten. Op het ge-
bied van de schooltandverzorging heeft het gemeentebestuur altijd ge-
daan wat het als noodzakelijk zag. Burgemeester en wethouders zijn,
eventueel na overleg met de daarvoor bestaande instanties, bereid al dat-
gene te doen wat enigermate van hen verwacht kan worden maar zij zijn
niet bereid om veel en veel verder te gaan.
Ten aanzien van de fluoridering van het drinkwater zegt spreker, dat
de geleerden het daarover over het algemeen wel eens zijn. Wanneer de
gemeente Amsterdam zou overgaan tot fluoridering van het drinkwater,
zal daartegen van de zijde van burgemeester en wethouders weinig be-
zwaar kunnen worden gemaakt. Om te zeggen dat, als Amsterdam er niet
toe over gaat Heemstede het dan apart moet doen, gaat spreker toch wel
wat te ver. Het lijkt hem beter af te wachten wät Amsterdam zal doen.
Wanneer Amsterdam op dit gebied iets doet zijn wij daar automatisch bij.
Mevr. Vriesendorp doet het genoegen, dat de wethouder toch ook nogal
wat woorden aan deze materie heeft „verspild." Spreekster heeft eigenlijk
geen antwoord gevraagd en zij wil dan ook over deze materie geen ver-
dere discussie uitlokken. Eén ding zou zij nog wel graag willen weten.
De wethouder heeft gezegd, dat het invoeren van kleutertandverzorging
financiele consequenties voor de gemeente zou meebrengen. Spreekster
heeft alieen bedoeld te zeggen, dat de wethouder nog eens kijkt, of de
tijd die de schooltandartse over heeft in eigen gemeente productief kan
worden gemaakt, waarbij spreekster denkt aan uitlenen aan de kruis-
veremgingen. De wethouder heeft verder gezegd, dat de kleutertand-
verzorging niet door het rijk wordt gesubsidieerd. Spreekster meent ech-
ter te weten dat de schooltandverzorging ook niet wordt gesubsidieerd.
Wethouder Corver wijst er op, dat voor de schooltandverzorging bijdra-
gen van de ziekenfondsen en van de ouders worden ontvangen.