25 oktober 1962.
188
hier een verbetering noodzakelijk is. A1 zou er maar één ongeluk voor-
komen worden doordat men het uitzicht verbetert, dan nog is deze uitgave
verantwoord. Spreker geeft toe dat er kanten zijn waarvoor het niet zo
direct noodzakelijk is om de vleugels van de brug te slopen, maar men zal
hierbij toch het totaal-aanzicht van de brug in het oog moeten houden.
Spreker heeft er geen bezwaar tegen om, zoals de heer Brandsma wil,
deze zaak nog een keer in de commissie voor openbare werken te bekij-
ken. Dit is al reeds gebeurd, maar het zou misschien aanbeveling verdie-
nen gezamenlijk de situatie eens op te nemen. Mogelijk ligt het op de
weg van de wethouder van openbare werken om hiervoor het initiatief te
nemen. Als het voorstel van burgemeester en wethouders in stemming
wordt gebracht zal spreker graag zijn stem aan het voorstel geven. Hij
kan ook met een voorstel tot aanhouding meegaan.
De heer Scheer zegt, het lid van de commissie van openbare werken te
zijn, dat dit punt had willen uitstellen om de situatie nog eens te kunnen
bekijken. Spreker sluit zich volkomen aan bij de mening van de heer
Kooijmans, dat de voorgestelde maatregel geen verbetering van het uit-
zicht zal opleveren. Wanneer men bij de noord-westelijke vleugel de stop-
streep bereikt, kan men inderdaad langs de vleugelmuur van de brug
heenkijken tot het huis van Jansen, dat het uitzicht belemmert door een
daar liggende flauwe bocht in de Zandvoortselaan. Het wegnemen van de
vieugel geeft daar geen soelaas. Als aan de zuid-oostelijke kant bij de
Boutenskade de vleugel wordt weggenomen, kijkt men toch in schuine
richting tegen de brugleuning op en dan vormen de stijlen in de leuning
één vlak waardoor men geen uitzicht heeft. Dat geen uitzicht hebben is
zuiver een kwestie van de hoogte van de brug.
Mevr. Cohen heeft in haar technische onschuld in de verkeerscommissie
de suggestie gedaan om de brugvleugels te slopen en zij was uiteraard
verheugd, dat daarop een positief voorstel van burgemeester en wethou-
ders kwam. Spreekster is nu echter gaan aarzelen omdat het voorstel bij
de commissie voor openbare werken en bij haar fractiegenoot geen volle-
dige instemming heeft gevonden. Zij meent, dat voor het punt waar zij
dagelijks mee worstelt (de Boutenskade) het verwijderen van het hek-
werk bepaald wel een verbetering zou zijn. Aan de andere kant heeft zij
overwogen, dat de drie andere punten van de brug met de voorgestelde
maatregel niet gebaat zouden zijn. Zij heeft zich afgevraagd wat nu de
doelmatigste oplossing zou zijn. Daarbij heeft zij gedacht aan een andere
nog onvervulde wens van haar die, als ze vervuld zou worden, inderdaad
verbetering zou brengen, n.l. verkeerslichten op het kruispunt Leidse-
vaartweg/Zandvoortselaan. Die wens heeft zij al enkele malen uitgespro-
ken en zij gelooft dat ze misschien toch in de nabije of een minder nabije
toekomst vervulbaar zal zijn. Mogelijk dat alleen al de aanwezigheid van
die lichten de situatie bij de Boutenskade in zoverre zou verbeteren ,dat
men daar van de intervallen in het verkeer gebruik kan maken. Zij zou de
oplossing dus in deze richting willen zoeken waarbij zij dan nog een ge-
heime wens heeft, n.l. dat misschien zelfs, als de verkeerslichten op het
punt Leidsevaartweg/Zandvoortselaan er komen, er ook nog een corres-
ponderend licht bij de Boutenskade kan worden geplaatst, waardoor de
oplossirig van de situatie afdoende zou zijn. Haar conclusie is dus, dat zij
toch erg graag dit voorstel aangehouden zou zien. Mogelijk kan dan met
haar suggestie rekening worden gehouden, terwijl de zaak dan ook nog in
de verkeerscommissie zou kunnen worden behandeld.
De heer Willemse zegt, dat het misschien komt omdat hij nog maar
nauwelijks een uur geleden de situatie nog eens heeft bekeken, dat zijn
mening toch heel wat positiever in de richting van het voorstel van burge-
meester en wethouders gaat dan die van het merendeel van de sprekers