30 november 1962. 223 houd zal zijn. Er is hout dat het honderden jaren uithoudt en er is hout dat het heel kort uithoudt. Spreker mag aannemen, dat, wanneer men een annuïteit stelt van 25 jaar, deze schuren ook 25 jaar zullen meegaan. Zon- der op dit gebied ook maar in het minst deskundig te zijn, waagt spreker het te betwijfelen of het werkelijk maar zo weinig per schuur zal schelen als de heer van der Hulst hier naar voren brengt. Spreker wil deze sug- gestie vôôr het werk wordt uitgevoerd, nog wel eens voorleggen aan Open- bare Werken. Mocht de heer van dër Hulst gelijk hebben, dan is het zeker het overwegen waard om die f 100,er ook nog maar aan te besteden. Ir Frets zegt er uiteraard vôör te zijn, dat de voorgesteide verbeterin- gen aan de huizen worden aangebracht. Spreker vraagt of ter dekking van de kosten voor achterstallig onderhoud de huur mag worden verhoogd. Wethouder Mr van Wijk antwoordt, dat het hier niet gaat over achter- stallig onderhoud maar over verbetering van de huizen. Men moet voor de verbeteringen een nieuwe vaststelling van de huur vragen. Dit is een zaak van de vereniging. Naar sprekers mening mag de huur wel verhoogd worden. Ir Frets staat er volkomen achter om dit zakelijk verantwoord te doen, maar hij gelooft dat het formeel niet juist is. Wethouder Mr van Wijk antwoordt, dat, als het woongerief verhoogd wordt, de huur ook verhoogd mag worden. Het gaat nu om de kwestie of, als de huurwet toestaat dat de huur van de woningen kan worden ver- hoogd omdat het hier verbeteringen betreft, de raad zich met huurverho- ging kan verenigen. Ir Frets is dan vôör huurverhoging. De heer Verkouw wijst er op, dat burgemeester en wethouders in hun voorstel schrijven: ,,De houten schuren zijn versleten zodat vernieuwing nodig is. Met het oog op de geringere onderhoudskosten en de grotere duur- zaamheid zou vernieuwing in metselwerk zeker de voorkeur verdienen, doch gelet op de ouderdom der woningen menen wij, dat nieuwe houten schuren economisch meer verantwoord zijn.' Daarmede is z.i. de vraag ,,houten of stenen schuren" beantwoord. De Voorzitter antwoordt, dat er twijfel is ontstaan door de opmerking van de heer Van der Hulst dat het verschil tussen metselwerk en hout maar f 100,-is. Dit zal dus nog onderzocht worden. De heer Van der Linden meent te weten, dat de huurverhogingen die reeds zijn en in de toekomst zullen worden opgelegd, ook ten doel hebben, dat de eigenaren verbeteringen en noodzakelijk onderhoud aan de huizen künnen bekostigen Spreker verschilt met de wethouder nogal ernstig van mening of het hier nu juist verbeteringen betreft. Hij weet uit ervaring, dat het hier gaat om fouten die vroeger zijn gemaakt en die men nu gaat herstellen. Men zal het toch met spreker eens zijn, dat een 6-pans dakraam voor een normale slaapkamer eigenlijk niet verantwoord is. Men had bij de bouw al een dakkapel moeten maken. Nu men de gelegenheid tot het aanbrengen van verbeteringen krijgt en de kosten worden gecompenseerd door de huurverhogingen die aanstaande zijn, meent spreker, dat het nood- zakelijk is, dat deze huizen zodanig worden gemaakt, dat op de slaapkamers minstens een behoorlijke luchttoevoer komt. Nogmaals, vele bewoners heb- ben belangrijke geldelijke offers gebracht om de woningen van binnen op peil te houden, omdat de woningbouwvereniging of de gemeente dit niet heeft willen doen. Het zou z.i. daarom gerechtvaardigd zijn om nu geen huurverhoging toe te passen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1962 | | pagina 19