30 mei 1963
79
IV. VERGOEDING ARTIKEL 100 LAGER ONDERWIJSWET 1920
OVER 1960.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
53. Vergoeding artikel 100 Lager-onderwijswet 1920 over 1960.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
V. AANVRAGE BESCHIKBAARSTELLING VAN GELDEN INGEVOLGE
ARTIKEL 50 VAN DE KLEUTERONDERWIJSWET VOOR AANSCHAF-
FING NIEUWE VLOERBEDEKKING MARIAKLEUTERSCHOOL.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno-
54. Vloerbedekking kleuterschool Molenwerfslaan 11.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich hier-
mede kan verenigen.
Ir. Enschedé zegt, dat in het voorstel staat, dat de vloerbedekking in-
dertijd niet op de juiste wijze is aangebracht. Spreker vraagt hoelang dat
geleden is en onder wiens toezicht dat is gebeurd.
Wethouder Corver antwoordt, dat dit ongeveer 9 jaar geleden is ge-
beurd en niet onder de vigueur van de wet op het kleuteronderwijs. Door
het schoolbestuur is toen een behoorlijk goede vloerbedekking aangebracht
maar uit financiële overwegingen op een ondergrond die niet deugdelijk
is gebleken, waardoor de vloerbedekking zelf is gaan slijten. Daardoor is
het na betrekkelijk korte tijd al weer nodig een nieuwe vloerbedekking aan
te brengen. Op het ogenblik wordt er op het leggen van dergelijke vloer-
bedekkingen wel toegezien.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming vast-
gesteld.
VI. AANVRAGE BESCHIKBAARSTELLING VAN GELDEN INGEVOL-
GE ARTIKEL 50 VAN DE KLEUTERONDERWIJSWET VOOR VER-
SCHILLENDE AANSCHAFFINGEN EN VOORZIENINGEN
ST. ANTONIUSKLEUTERSCHOOL.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
55. Aanschaffingen en voorzieningen kleuterschool Kerklaan 56.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich hier-
mede kan verenigen.
Ir. Enschedé zegt, dat onder b wordt voorgesteld 41 stoeltjes te vervan-
gen omdat de goede maatverhoudingen ontbreken. Spreker vraagt zich af
of de maten zijn veranderd. Voorts vraagt spreker of de stoeltjes waar
bezwaar tegen is, al zijn afgeschreven.
Wethouder Corver antwoordt, dat de maatverhoudingen inderdaad zijn
veranderd. De kinderen zijn tegenwoordig groter dan vroeger waardoor
de oude stoeltjes te klein zijn. Ze zijn bovendien ook zo lang gebruikt,
dat ze versleten mogen worden geacht. De tegenwoordige stoeltjes zijn ook
steviger van constructie.