20 december 1963.
294
oog te zien. Hij gelooft, waar het hier geen principieel punt betreft, dat
hij wel mag zeggen, dat hij het met de opvatting van de voorzitter niet
helemaal eens is. Spreker wil wijzen op Nieuwer Amstel, dat toch een
met Heemstede vergelijkbare gemeente is, waar ontvangsten van nieuwe
ingezetenen wel plaats vinden. Spreker wil daarom vragen dit punt nog
eens in het college te bespreken.
De voorzitter„Dat heb ik reeds toegezegd."
Mevr. van der Meulen is het geheel met mevr. Vriesendorp eens,
dat het goed zou zijn de leden van de betreffende raadscommissies in ken-
nis te stellen van jubilea e.d. bij het gemeentepersoneel. Zij gelooft echter,
dat men het dan niet moet beperken tot de leden van de betreffende
commissies, maar dat alle raadsleden van dergelijke recepties een berichtje
moeten hebben. Dan moet ieder voor zich maar uitmaken of hij of zij
daarvan gebruik wil maken.
De voorzitter heeft daar geen enkel bezwaar tegen.
De heer van der Hulst wil het gesprokene door mevr. Vriesendorp over
contact overheid-burgerij graag ondersteunen. Spreker gelooft dat er wel
boekjes zullen bestaan zoals ,,Welkom in onze gemeente" of iets dergelijks.
De voorzitter antwoordt, dat indertijd een uitgave van de Ver. van
Nederl. Gemeenten waarin een soort staatkundig overzicht was opge-
nomen, voor elke gemeente aangepast met een voorwoord van de burge-
meester, aan de 23-jarigen is verstrekt. Burgemeester en wethouders zijn
daarvan afgestapt. Daarna is er een boekje samengesteld met allerlei
wetenswaardigs zoals gegevens over het gemeentebestuur, adressen van
verenigingen, instellingen e.d. Dat krijgen dus allen die zich hier vestigen.
Mevr. Vriesendorp: „Dat boekje is op het ogenblik erg verouderd."
De voorzitter: „Er moeten natuurlijk telkens wijzigingen in worden
aangebracht."
Punten 9, 10, 11.
De heer Verkouw heeft de indruk, dat de raad het in het algemeen eens
is met het subsidiebeleid van het gemeentebestuur. Men is in de gelegen-
heid gesteld om ten aanzien van de subsidies bepaalde verlangens naar
voren te brengen. Spreker heeft er in de afdelingen enkele genoemd. Ook
de heer Rutgers heeft er één genoemd.
Van het subsidie aan het Medisch Opvoedkundig Bureau zegt het col-
lege o.a.: ,,Bij de toezending van de subsidiebeschikking voor 1964 zullen
wij die gegevens vragen, zodat wij ons een gefundeerd oordeel kunnen
vormen, voordat wij de raad het voorstel doen met betrekking tot de
subsidiëring voor 1965." Spreker is bereid van een bespreking van deze
subsidie voorlopig af te zien totdat het college over betere gegevens
beschikt. Hij heeft zich nog wel afgevraagd of, als een bepaalde instantie
een hogere subsidie vraagt en dit niet voldoende motiveert, het dan niet
op de weg van het gemeentebestuur ligt een klein brief je te doen uitgaan
of eventueel een telefoontje, met verzoek nadere gegevens te verschaffen.
Spreker dankt het college, dat het de bijdrage voor de Stichting Jong
Haarlem Vooruit van f 25,heeft verhoogd tot f 30,maar zijn fractie
had toch heel graag gezien, dat de gevraagde bijdrage van f 36,- zou
zijn toegekend. Er zijn 12 buitengemeenten die dit instituut subsidiëren
waarvan er 8 het volle bedrag van f 36,geven. Enkele kleine gemeen-
ten, die eigenlijk nauwelijks cursisten bij Jong Haarlem hebben, vallen
hier van af. Beverwijk, een vrij belangrijke gemeente, doet niet mee. Zij
zou het graag willen doen, maar de financiële situatie van Beverwijk is
zo moeilijk, dat zij van gedeputeerde staten zeker de pen op de neus zou
krijgen met de mededeling, dat er geen aanleiding is om de uitgaven van
