313
20 december 1963.
raadsleden over deze zaak is gevraagd. Spreker zal heel kort zijn. Hij is
erg voor mechanisatie maar men moet dit niet overdrijven.
Wethouder Mr. van Wijk antwoordt, dat er weinig zaken zo moeilijk
voor een gemeentebestuur zijn als de kwestie dienstauto's e.d. Het eigen-
aardige is, dat als men over deze zaken spreekt, het altijd regent of storm
en de betrokkene kletsnat aankomt. Spreker geeft direct toe, dat wij in
een klimaat leven waar dit nog wel eens voorkomt, maar het is gelukkig
toch ook weer geen permanent verschijnsel. Door er zo over te spreken
wordt de zaak enigszins in het emotionele vlak getrokken. Persoonlijk is
spreker voorstander van mechanisering waar het kan, waar het nuttig is
en waar het effect heeft. Maar als men bij een bepaalde dienst voor
bepaalde ambtenaren auto's wil invoeren, dan moet men nagaan welke
mensen bij die dienst nog meer door wind en regen lopen en dan kan men
denken aan de meteropnemers, de geldophalers, de stratenmakers, de lan-
taarnpoetsers enz. Als men het dus uit dat oogpunt gaat bekijken zou
men voor die mensen ook auto's beschikbaar moeten stellen. Hierbij is
eigenlijk maar één ding van belang n.l. of de dienst hierdoor beter zal
werken, efficiënter kan worden uitgevoerd.
Spreker geeft de heer Zegwaart toe, dat het bij bouw- en woningtoezicht
de laatste tijd passen en meten is geweest wegens onderbezetting van
het personeel. Het is het streven van de directeur van openbare werken,
van de wethouder van openbare werken en van het college in de eerste
plaats, welk streven gelukkig enig succes heeft, die dienst eerst voltallig
te maken. Als alle vakatures weer vervuld zijn, kan nagegaan worden hoe
die dienst dan werkt. Spreker zegt de heer Zegwaart toe, dat hij dan
nauwlettend navraag zal doen hoe de dienst loopt, hoelang gevraagde
rapporten uitblijven enz. Als dan inderdaad blijkt, dat het werk niet op tijd
kan worden afgedaan omdat men zich niet snel genoeg kan verplaatsen of
omdat men teveel buiten is en dus te weinig binnen en daarin eventueel
een verbetering zou zijn te bereiken door vlugger vervoer, kan onder het
oog worden gezien of voor deze dienst aanschaffing van een auto nodig is.
Het gemeentebestuur zal dan wel goed moeten bedenken wat daarvan de
consequenties zullen zijn met betrekking tot andere diensten. Dan zal men
het gelijke monniken gelijke kappen moeten gaan toepassen. Spreker
staat helemaal niet bij voorbaat absoluut afwijzend tegenover het aan-
schaffen van auto's voor bepaalde diensten maar het college ziet op het
moment geen aanleiding daar thans toe over te gaan, omdat het eerst de
nieuwe gang van zaken bij bouw- en woningtoezicht wil afwachten.
De discriminatie, door de heer Willemse gevreesd, ziet spreker niet.
Hij gelooft dat het niet veel uitmaakt of iemand wat verregend op een
werk komt. Hij zal zich dan even meer schrap moeten zetten om daar vol-
waardig te verschijnen. Hoewel spreker niet wil zeggen, dat het argument
van prestige helemaal niet meetelt, is het z.i. toch onvoldoende om daarop
het aanschaffen van een auto te baseren.
De heer Brandsma wü het oordeel over de al of niet noodzakelijkheid
van een mechanisch vervoermiddel bij een bepaalde dienst, gaarne aan
burgemeester en wethouders overlaten. Spreker kan dit echt niet bekijken,
maar hij vindt het argument van de wethouder, dat hij eerst de dienst weer
op poten gaat zetten met een volledige bemanning en dan eens zal kijken
of aanschaffing van een auto nodig is, wel een beetje zwak. Spreker meent
dat bij een onvolledig bezette tak van dienst de noodzaak van zich snel
kunnen verplaatsen meer spreekt dan bij een volledig bezette dienst.
Wethouder Mr. van Wijk verwacht dat die dienst binnenkort weer volle-
dig gaat werken door de nieuwe aanstellingen die inmiddels hebben plaats
gevonden.
