27 februari 1964
37
staat. Spreker wil een lans breken voor het verkrijgen van een betere
akoestiek in deze zaal. Het plaatsen van borden of platen triplex e.d., ook
al wordt dat nog zo goed gecamoufleerd, zou het aanzicht van deze zaal
bederven. Hij ziet daarom geen andere oplossing dan het plaatsen van
een geluidsinstallatie. Er is bij de vorige behandeling van dit punt door
één van de raadsleden bezwaar gemaakt tegen het dragen van koptele-
foons. Spreker kan dat lid daaromtrent geruststellen want dat gebeurt
alleen maar in de UNO waar het gesprokene onmiddellijk vertaald moet
worden. Hier kan de installatie bestaan uit een paar op de tafels geplaatste
microfoons met een paar luidsprekers, die in de kleur van de zaal kunnen
worden geschilderd, en dan is het vrijwel niet merkbaar dat er een ge-
luidsinstallatie is. Burgemeester en wethouders hebben bij de prijsopgave
voor de geluidsinstallatie de bemerking gemaakt, dat de prijs h.i. te hoog
is. Spreker juicht het natuurlijk toe, dat burgemeester en wethouders zich
op het standpunt stellen, dat er zo zuinig mogelijk met de gelden van de
gemeente moet worden omgesprongen, maar het is toch wel van belang,
dat de raadsleden elkaar kunnen verstaan opdat er geen misverstanden
ontstaan en niet langs elkaar heen gepraat wordt, maar ook en vooral, dat
de pers behoorlijk kan kennisnemen van datgene wat de raadsleden op
het hart hebben. De tijd schrijdt voort en met het voortschrijden van de
tijd komt men er toe bepaalde dingen te gaan doen. Toen de verlichting
in de raadzaal werd verbeterd, was spreker daar erkentelijk voor, ondanks
het feit dat die verbetering heel wat meer heeft gekost dan een paar
honderd gulden. Lange tijd heeft men het met een diffuus licht versprei-
dende lampen gedaan maar men was toch algemeen blij met de verbeterde
verlichting. Ook de wethouderskamers zijn geheel gerestaureerd, hetgeen
ook een fors bedrag heeft gevergd. Nu staan we voor de vraag hoe de
geluidsweergave in deze zaal is te verbeteren. Spreker meent, dat men nu
ook over het te besteden bedrag moet heenstappen en met de tijd moet
meegaan. Hij zou dus burgemeester en wethouders willen vragen deze
zaak niet terzijde te schuiven. Spreker vraagt met de grootst mogelijke
klem de geluidsweergave te verbeteren.
De heer Verkouw zegt, dat zijn fractie het wel met het college eens kan
zijn, dat een bedrag van ruim 8000 voor het aanbrengen van een ge-
luidsinstallatie in deze toch betrekkelijk kleine zaal, waarbij nog moet
worden afgewacht of de geluidsinstallatie zal voldoen, een niet geringe
uitgaaf is. Het tweede argument van het college, dat het de vraag is of
in de nieuw te bouwen vleugel van het raadhuis deze installatie zal vol-
doen, lijkt spreker minder steekhoudend. In de eerste plaats, omdat de
bouw van deze vleugel voorlopig nog niet aan de orde is en in de tweede
plaats, omdat dan zeker moet worden nagegaan of in de zaal niet een
dergelijke akoestiek kan worden bereikt dat een geluidsinstallatie over-
bodig is. Intussen, spreker moet dat de heer Scheer toegeven, zijn we nog
niet uit de moeilijkheden. Het is nu eenmaal zo, dat het stemgeluid van
de een verder draagt dan dat van de ander en dat sommige leden meer
monologen dan dialogen houden, terwijl de sterkte van het gehoor ook een
rol speelt. Spreker zou het een heel radicale oplossing vinden als de raad
en met name de voorzitter, de heer Brandsma als speaker van alle fracties
zou aanvaarden, want dan was de moeilijkheid in één keer opgelost. Zijn
fractie heeft naarstig naar een oplossing van dit probleem gezocht. Zij
zou als proef en zij hoopt dat het college dit ernstig wil nagaan wil-
len aanbevelen, om de tafel van burgemeester en wethouders aan de
overzijde van spreker en de overige tafels in een V-vorm op te stellen.
Zijn fractie heeft sterk de indruk, dat dit een winstpunt zou betekenen en
aan de verstaanbaarheid van de sprekers ten goede zou komen. Men krijgt
dan ook een grote openheid naar de pers en de publieke tribune en het
omgekeerde is evenzeer het geval. Voor zijn fractie is er dan nog de bij-