39b
3e Afd.
26 maart 1964.
VERORDENING RECHTEN SPRAAKONDERWIJS.
De Raad der gemeente Heemstede;
gelet op de artikelen 269, 275, 287, 290 en volgende van de gemeente-
wet;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders
BESLUIT:
vast te stellen de volgende verordening op de
HEFFING EN INVORDERING VAN EEN RECHT VOOR HET VAN-
WEGE DE GEMEENTE VERSTREKKEN VAN SPRAAKONDERWIJS
AAN SCHOOLGAANDE KINDEREN.
Artikel 1.
Aard van de heffing.
Voor het vanwege de gemeente verstrekken van spraakonderwijs aan
schoolgaande kinderen wordt een recht geheven.
Artikel 2.
Belastingplicht.
Het recht is verschuldigd voor ieder kind dat gedurende het heffings-
jaar het in artikel 1 bedoelde spraakonderwijs ontvangt.
Artikel 3.
Aanwijzing belastingplichtige.
1. Het recht is verschuldigd voor:
a. een leerling staande onder de ouderlijke macht, door de vader, of
indien de ouderlijke macht door de moeder alleen wordt uitgeoefend,
door de moeder;
b. een leerling staande onder de voogdij van zijn vader of moeder,
door degene, die de voogdij uitoefent.
2. Pleegoiuderlijke zorg vervult te dezen opzichte de plaats van de ouder-
lijke macht of de voogdij van de vader of de moeder. Onder pleeg-
ouderlijke zorg wordt verstaan de zorg voor onderhoud en opvoeding
van het kind van anderen, als ware het een eigen kind onafhankelijk
van enige verplichting daartoe of van het genieten van een vergoeding
daarvoor.
Artikel 4.
Heffingsjaar.
Het heffingsjaar begint op 1 september en eindigt op 31 augustus van
het daarop volgende jaar.
Artikel 5.
Grondslag.
1. Grondslag voor de berekening van het recht is het door belastingplich-