45
4e Afd.
26 maart 1964.
SUBSIDIE AAN DE KENNEMER VERENIGING TOT OPRICHTING
EN INSTANDHOUDING VAN
MEDISCH-OPVOEDKUNDIGE BUREAUX.
Aan de Raad,
Op 28 april 1955 besloot U de Kennemer Vereniging tot oprichting en
instandhouding van Medisch-Opvoedkundige Bureaux te Haarlem met
ingang van 1 januari 1955 een jaarlijks subsidie te verlenen van 0,01 per
inwoner en f 15,per door het bureau te Haarlem behandeld kind, waar-
van de ouders een inkomen hebben van f 15.000,of minder per jaar.
Het bestuur van genoemde vereniging verzoekt thans deze regeling te
wijzigen en het subsidie te verhogen omdat de maximum-grens van
15.000,tot gevolg heeft, dat het subsidie bij de voortgaande welvaarts-
stijging steeds minder wordt, terwijl de exploitatielasten van de vereniging
blijven stijgen.
Het hanteren van genoemde inkomensgrens is bovendien zeer bezwaar-
Ujk omdat de ouders van de te behandelen kinderen wellicht niet altijd een
juiste opgave van hun inkomen aan het bestuur verstrekken en controle
op de juistheid der opgaven door ons niet mogelijk is.
Het bestuur heeft een opstelling gemaakt van het aantai behandelde
gevallen en het ontvangen subsidie over de jaren 1959 t/m 1962. Hieruit
blijkt, dat het aantal behandelde kinderen uit Heemstede over genoemde
jaren ca. 9,57 van het totaal heeft uitgemaakt, terwiji van deze gemeente
aan subsidie is ontvangen een bedrag, gelijk aan 2,87 van het totaal der
gemeenteiijke subsidies.
Op grond van bovenstaande motieven zou het bestuur graag zien, dat
voortaan uitsluitend met een bedrag per inwoner wordt gesubsidieerd en
dat dit bedrag wordt vastgesteid op 0,05.
De gemeenten Bloemendaai en Zandvoort hebben reeds besloten het
subsidie tot 0,05 per inwoner te verhogen.
Regelmatig wordt door ouders, die moeilijkheden hebben bij de opvoe-
ding van hun kinderen, op het Medisch-Opvoedkundig Bureau te Haarlem
een beroep gedaan. Het bureau is voor onze gemeente dan ook zeker van
belang.
Wij zijn van oordeel, dat herziening van de subsidieregeling overeen-
komstig het bovenomschreven verzoek alleszins verantwoord is. Het stand-
punt, dat in 1955 tot het vaststellen van bovenbedoelde inkomensgrens
heeft geleid, wordt thans immers bij de toekenning van subsidies niet meer
ingenomen. Zo ontvangen b.v. de muziekscholen jaarlijks een subsidie per
cursist, onafhankelijk van het inkomen van de ouders van de cursist.
Wij stellen U derhalve voor Uw besluit van 28 april 1955, no. 55 in te
trekken en te bepalen, dat jaarlijks, te rekenen vanaf 1 januari 1964,
een subsidie zal worden verleend van 0,05 per inwoner.
Heemstede, 18 maart 1964.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
J. M. Kruitwagen.