155
25 juni 1964.
Als spreker zich goed herinnert, heeft hij in een andere bespreking van
vertrouwelijk karakter gezegd, dat het hem toch wel billijk voorkwam,
dat het subsidie over 1963 normaal wordt uitgekeerd, waarop de wethou-
der wel niet direct een bevestigend antwoord heeft gegeven, maar toch
heeft gezegd, dat het hem wel billijk voorkwam. Spreker begrijpt alleen
niet, waarom burgemeester en wethouders want niet vergeten dient te
worden dat de subsidie achteraf wordt toegekend, naar aanleiding van het
tekort in de exploitatie 1963 daaraan een conditie willen verbinden. Van
de heer Hoogeveen mag, mede in verband met de historie van het Minerva-
theater, toch niet worden verwacht, dat hij van het theater om nu maar
een populaire uitdrukking te gebruiken een kieteltent zal maken, nog
afgezien van het feit, dat burgemeester en wethouders daar wel een stok-
je voor zouden steken. Dit doet spreker toch wel even denken aan een
kruideniersachtige politiek. De raad heeft het benodigde geld gevoteerd
toen hij de begroting goedkeurde. De financiële commissie is met de stand
van zaken van het Minerva-theater volledig op de hoogte en het is toch
niet teveel gevraagd dat de gemeente de subsidie in het tekort over 1963,
dat belangrijk groter is dan /20.000,aan de heer Hoogeveen uitkeert, in
de veronderstelling, dat hij met het gebouw iets behoorlijks zal gaan doen.
Het is spreker bekend, dat de heer Hoogeveen nog helemaal niet weet wat
er met het Minerva-theater gaat gebeuren. Op het ogenblik blijft hij het
gebouw op dezelfde wijze exploiteren als hij steeds gedaan heeft, daarbij
uitkijkende naar een mogelijkheid om het te verkopen.
Wethouder Corver zou er eigenlijk niet teveel meer over willen zeggen,
maar hij zou de heer Verhoeven er nog op attent willen maken, dat burge-
meester en wethouders altijd heel duidelijk hebben gesteld, dat zij tege-
moetkomen in de tekorten van de exploitatie van het Minerva-theater tot
een bepaald maximum. Maar als nu straks blijkt, dat door het geven van
een andere bestemming aan het Minerva-theater de tekorten helemaal
niet bestaan, dan zou het toch redelijk zijn dat het gemeentebestuur, als
dat tekort in een groot overschot zou veranderen, zich over die situatie
beraadt. Spreker gelooft overigens, dat er nu verder niet over gepraat
moet worden.
De heer Verhoeven meent, dat de wethouder van financiën hierbij geen
onderscheid maakt tussen exploitatietekorten en kapitaalwinsten. Spreker
zou toch wel graag zien dat dat gebeurt.
De voorzitter lijkt het beter, dat hierover op het ogenblik niet meer
wordt gesproken. Deze zaak is nog in handen van burgemeester en wet-
houders. Zij hebben de aanvrage om subsidie dus niet afgewezen maar
alleen om nadere inlichtingen gevraagd. De subsidie-aanvrage zal nog met
het advies van burgemeester en wethouders, zodra dit gereed is, in de
raad worden gebracht.
De heer Verhoeven: „U zult de behandeling van die subsidie-aanvrage
toch niet gaan uitstellen ad calendas graecas!"
De voorzitter„Dat is niet de bedoeling."
Overbruggingsuitkering ambtenaren.
De heer Brandsma zegt, dat 75 van zijn fractie in de volgende ver-
gadering absent zal zijn. Hij vraagt of het dan niet verstandig zou zijn die
vergadering op een ander tijdstip te houden. Als b.v. de kwestie van de
toekenning van de overbruggingsuitkering voor de ambtenaren die op
maandsalaris zijn overgegaan, weer wordt behandeld, zou spreker daar
wel graag bij willen zijn.
De voorzitter antwoordt, dat het uitschrijven van een vergadering van