25 juni 1964.
144
delen, maar het gegeven geval lijkt spreker toch met de geest van de
circulaire van de minister in overeenstemming te zijn. Mede kennende het
ruime standpunt van de minister van binnenlandse zaken, gelooft spreker,
dat de raad in zijn geest zou handelen door ook hun, die per 1 januari
maandloner zijn geworden, een overbrugging toe te kennen.
Een argument dat vôör het standpunt van burgemeester en wethouders
zou kunnen pleiten, zou zijn, dat de groepen 7 en 8 een vrij aanzienlijke
salarisverhoging hebben gekregen. Spreker wil zich graag laten overtui-
gen als het anders zou liggen, maar van de salarisverhoging die hier wordt
bedoeld heeft het gehele personeel geprofiteerd. Spreker heeft nagezien
dat een personeelslid in de loongroep 6 op het ogenblik een weeksalaris
van 131,65 verdient of per jaar f 6950,terwijl de loongroep 7 (oud), nu
ingepast in de jaarwedderegeling loonschaal IV, een maximum salaris
heeft van 7250,Dat is een verschil van f 300,Hier is dus zeker geen
sprake van een aanzienlijke salarisverhoging. Het enige argument dat
tegen het ingediende voorstel zou kunnen pleiten blijkt dus geen argument
te zijn. Als het vorig jaar reeds tot inschakeling van een computer was
overgegaan, zouden ook de groepen 7 en 8, toen nog weekloners, van de
overbruggingsregeling hebben geprofiteerd.
Tenslotte wijst spreker er op, dat de provincie en de meeste gemeenten,
ook van de grootte van Heemstede, al één of twee jaar geleden tot in-
schakeling van een computer zijn overgegaan, zodat men daar niet de
moeilijkheden heeft ondervonden die zich hier voordoen. Spreker wil het
voorstel van de heer Brandsma c.s. met warmte aanbevelen.
De heer Zegwaart wijst er op, dat het college in zijn voorstel schrijft,
dat door uitbetaling van maandsalarissen een vrij grote bezuiniging zal
ontstaan. Spreker wil er dan op wijzen, dat dan toch ook de mensen die in
januari van week- op maandloon zijn overgegaan, daartoe bijdragen. Spre-
ker ziet niet in, waarom zij dan niet dat voordeeltje van een week extra
loon mogen ontvangen. Zoals de heren Verkouw en Brandsma al hebben
gezegd, moest de salarisverhoging die de groepen 7 en 8 (oud) ontvingen,
worden aangewend om de moeilijkheden die uit het overgaan van week-
op maandloon voortvloeiden, op te vangen. Daarom wil spreker met klem
aanbevelen om de mensen die per 1 januari naar maandloon zijn over-
gegaan, alsnog een week extra loon uit te betalen.
Wethouder Van Wijk antwoordt, dat hij gelijke geluiden als thans naar
voren komen uiteraard ook al heeft gehoord in de vergadering van het
georganiseerd overleg. Spreker meent, dat een duidelijk onderscheid moet
worden gemaakt tussen mensen die hetzelfde salaris houden maar dit
salaris nu op andere wijze uitbetaald krijgen en mensen die meer salaris
zijn gaan ontvangen en daarbij een andere wijze van betaling moesten
aanvaarden. Dat zijn z.i. twee verschillende zaken. Hij kan zich levendig
voorstellen, dat, wanneer een betrekkelijk laag weeksalaris wordt geno-
ten, de overgang naar maandsalaris zonder overbrugging niet kan worden
gemaakt. In het verleden is, althans naar buiten, niet gebleken, dat dege-
nen die van week- naar maandsalaris overgingen en daarbij door promotie
meer salaris gingen verdienen, moeilijkheden hebben ondervonden. De
hoofden van dienst hebben spreker dan ook verzekerd, dat in januari bij
geen enkele man van enige moeilijkheid is gebleken en zij zouden zeker
de nodige soepelheid hebben betracht als dit wel het geval zou zijn
geweest.
Wanneer men meer gaat verdienen kan men spreker geeft direct toe
met wat passen en meten de overgang naar maandloon wel wat gemak-
kelijker overbruggen. De minister heeft terecht in zijn circulaire gezegd
en toegestaan, dat een extra week loon kan worden gegeven aan de men-
sen die van week- naar maandloon overgaan, maar spreker meent te
weten, dat dat bepaaldelijk niet bedoeld is voor degenen die voorheen in