3e afd. 29 oktober 1964 1 17 Artikel 20. Havengeld vvoonschepen. Het havengeld voor woonschepen bedraagt: voor woonschepen met een lengte over alles van minder dan 10 meter: per dag /0,25 per maand 5, voor woonschepen met een lengte over alles van 10 meter en meer doch minder dan 20 meter: per dag /0,40 per maand 7,50 voor woonschepen met een lengte over alles van 20 meter en meer: per dag 0,50 per maand 10, Voor zover deze woonschepen ligplaats innemen in gemeentewater, dat door burgemeester en wethouders speciaal als ligplaats voor woonschepen is aangewezen, zijn voor de eerste veertien al dan niet achtereenvolgende dagen per kaienderjaar geen rechten verschuldigd. Artikel 21. Havengeld pieiziervaartuigen. 1. Het havengeld voor pleiziervaartuigen bedraagt: voor pleiziervaartuigen met een lengte over alles van minder dan 5 meter: per dag 0,50 per jaar 25, met een lengte over alles van 5 meter of meer, doch minder dan 10 meter: per dag 1, per jaar 40, met een lengte over alles van 10 meter of meer per dag 1,50 per jaar 60, 2. In afwijking van lid 1 wordt geheven voor: a. roeiboten: per dag 0,25 per jaar 5, b. kano's: per dag 0,25 per jaar 2,50.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1964 | | pagina 7