17 december 1964 259 P.v.d.A. voelt zich daar wel bij kan men niet met een boog om de belastingen heen lopen. Hoe fris klinkt in dit verband het geluid van Drs. E. Nypels, die als landelijk voorzitter van de Jongerenorganisatie Vrijheid en Democratie op het derde lustrumcongres constateerde, dat hij in het algemeen de stelling onjuist achtte, dat men als liberaal moet trachten de invloed van de over- heid terug te dringen, belastingen voor collectieve voorzieningen te ver- minderen, evenals aantasting van gevestigde belangen. Trouwens wat vindt u van de voorzitter van de A.R.Partij, Dr. Berghuis, die op het na- jaarsconvent de A.R.P. als een linkse partij aandiende. Men zou haast denken aan „oneerlijke concurrentie". Dr. Berghuis heeft er alleen niet bijverteld of de partij nu „linksbuiten" of „linksbinnen" staat. Laten we voor hem en de partij op het laatste hopen, want vanuit die richting wor- den de meeste doelpunten gemaakt. Na dit uitstapje, keer ik nu graag met u terug naar de begroting voor 1965. Onze fractie heeft er geen moeite mee om in te stemmen met de nota van burgemeester en wethouders omtrent de verkoop van woningwet- woningen. Het argument van het college, dat het uit een oogpunt van een zo goed mogelijk huisvestingsbeleid thans zeer ongewenst is te bevorde- ren, dat goedkope huurwoningen aan dit beleid worden onttrokken, onder- schrijven wij van harte. Minder goed verteerbaar is voor onze fractie de nota betreffende de woningbouw en uitbreidingsplannen, voor de samenstelling waarvan wij niettemin, als zijnde een stap in de goede richting, graag onze waardering willen uitspreken. Er is in de nota veel met cijfers en groeperingen gema- nipuleerd, hetgeen aan haar leesbaarheid niet ten goede is gekomen. De facto komt het standpunt van het college er op neer, dat het in meerder- heid de toekomstige woningbouw wil binden aan de beschikbare ruimte, de verhouding tussen de sociale beroepsgroepen en het type der aangren- zende bebouwing. Onze fractie zou voor een dergelijke verdeling te vinden zijn, zodra in de bestaande behoefte, dat wil zeggen in de nood en misêre van dit ogenblik zoveel mogelijk zal zijn voorzien. Hierbij ware te onder- zoeken of en in hoeverre dit te verwezenlijken valt door, zonder de bouw te vertragen, in agglomeratieverband samen te werken. Eén passage in de nota vindt onze fractie bepaald grievend. Het is die, waarin Heemstede wordt geschetst als primair een woongemeente voor de welgestelden en waarbij bepaalde werknemers als woongemeente wordt toegedacht de gemeente waar zij werken met daarbij dan als troostprijs, dat zij, indien zij een hogere positie hebben verworven, desgewenst weer naar Heemstede kunnen terugkeren. Ik moest hierbij even denken aan de middeleeuwen, toen de poorter die buiten de poort was getrokken dee- moedig aan de poort moest kloppen om weer binnen de veste toegelaten te kunnen worden. Ik hoop, dat deze passage op een misverstand berust en dat het gehele college zich hiervan zal distanciëren. U begrijpt overigens, dat we het graag aan onze fractiegenoot, de heer Brandsma, overlaten de nota meer in bijzonderheden te bespreken en er zijn visie op te geven. Het heeft onze fractie genoegen gedaan, dat burgemeester en wethou- ders, daarbij voortbouwend op de richtlijnen en normen, zoals die zijn neergelegd in de in 1960 verschenen subsidienota, voor het jaar 1965 ver- schiilende subsidies hebben verhoogd en nieuwe subsidies in de begroting een plaats hebben gegeven. Evenzeer is er waardering voor de opsteiling van het meerjarenplan. Reeds mocht ik opmerken, dat uitvoering van de objecten beheerst wordt door factoren, waarop het gemeentebestuur slechts ten dele invloed kan uitoefenen. Daarom heeft onze fractie er ook geen behoefte aan om de plannen als een soort kaartenspel te gaan schudden. Toch wil zij nog eens beklemtonen hoezeer zij er waarde aan hecht, dat, voor zover dit in het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1964 | | pagina 15