26 mei 1965
133
Mevr. Cohen zegt, dat zij heeft gesteld, dat als het financiële bezwaar
het doorslaggevende zou zijn er mlsschien aan een subsidie zou zijn te
denken. Als er andere bezwaren zouden zijn dan natuurlijk niet.
De voorzitter zegt, dat vroeger als urgement voor het organiseren van
deze uitstapjes gold, de arme stakkerds een fijne dag te bezorgen. De
laatste tijd gingen echter ook ouden van dagen mee voor wie dat niet
opging. Het was ook wel beter dat ook zij meegingen want daarmee
verviel het karakter van armenzorg van de tocht. De deelneming werd
echter zö groot, ook al door toeneming van het aantal bejaarden, dat de
leeftijdsgrens al naar 70 jaar moest worden verschoven.
Mevr. Cohen: ,,Het blijkt dat er bij de bejaarden toch wel behoefte aan
bestaat."
De heer Verhoeven gelooft dat men beter tegen de beter gesitueerde
bejaarden zou kunnen zeggen dat zij wel met de uitgaansdag mee mogen
als zij daarvoor betalen.
De voorzitter„Dan krijgt men de moeilijkheid wie wel en wie niet
moet betalen."
De hee'r Verhoeven: „Ze hoeven geen bordje op hun buik te hebben „ik
heb betaald."
De voorzitter vindt dit een zeer teer punt want er zijn personen die
altijd weer willen profiteren. Spreker vindt de gestelde vraag eigenlijk
niet geschikt voor de rondvraag.
Wethouder mevr. Van der Meulen meent dat, wanneer het enkel om
financiële moeilijkheden ging, deze commissie zeer goed de weg om een
subsidie te vragen had geweten. Dat is niet gebeurd. Spreekster gelooft
dat een groot deel van de moeilijkheden toch wel ligt in het organisato-
rische vlak. Het is met een dergelijke grote deelname bijna niet meer te
doen vanwege de drukte op de weg. Meerdere factoren zullen hebben
meegewerkt om de commissie haar werk te doen staken. Mocht de moei-
lijkheid toch in het financiële vlak liggen, dan zal de commissie zich
zeker wel tot het gemeentebestuur wenden.
Woonwagens buiten het woonwagenkamp.
De heer Willemse zegt, dat er blijkbaar, vooral wanneer het mooi weer
is en in de weekends, een vrij grote trek van woonwagens naar Heem-
stede bestaat. Dat heeft tot gevolg dat op een gegeven moment het woon-
wagenkamp vol is en men de wagens tegenover de woningen aan de
Ringvaartlaan parkeert. De ene keer is dat minder bezwaarlijk dan de
andere keer. Daarbij komt, dat nu het zwembad in gebruik is genomen
waarvan de beplanting nog niet is volgroeid, het uitzicht daarvandaan op
de woonwagens niet zo mooi is. Spreker vraagt of er een oplossing te
vinden is waardoor de woonwagens verplicht worden alleen in het woon-
wagenkamp standplaats in te nemen en nergens anders.
De voorzitter antwoordt dat er maar voor een bepaald aantal wagens
plaats is in het woonwagenkamp. Als er geen wagen meer bij kan zet men
de wagens vöör het kamp neer. De woonwagenbewoners storen zich aan
niets en leven hun eigen leven, hetgeen voor de mensen die vlak bij het
kamp wonen niet zulke prettige ervaringen heeft meegebracht. De woon-
wagenbewoners die buiten het kamp gaan staan krijgen van de politie
een aanzegging dat zij moeten vertrekken. Doen zij dat niet dan krijgen zij
proces-verbaal. Het geval heeft zich voorgedaan dat woonwagenbewoners
die niet wilden vertrekken zijn verbaliseerd en dezelfde dag door de rech-
ter zijn veroordeeld. Wanneer zij niet onwillig zijn om te vertrekken krij-
gen zij uitstel tot de volgende dag indien zij vôôr 10 uur vertrekken.