29 juli 1965
171
want hij gelooft dat het zo ongeveer is als de heer Verhoeven heeft gezegd,
n.l. dat Heemstede de eerste gemeente was waar de openbare bibliotheek
met de r.k.-bibliotheek gecombineerd was. Nu gaat men, min of meer
door de omstandigheden daartoe gedwongen, naar een verdere integratie.
Spreker geeft toe dat als men naar een volledige integratie zou willen,
dat misschien nog anders zou kunnen. Spreker wil ook aanhaken bij de
mening van de heer Verhoeven dat zoiets moet groeien. Het is in de
afgelopen jaren al gegroeid. Burgemeester en wethouders hebben b.v., door
gebrek aan r.k. personeel, in bepaalde vakatures waar dan vroeger r.k.
personeel voor genoteerd stond moeten voorzien door benoeming van
algemeen georiënteerd personeel. Daar zijn nooit bezwaren tegen gemaakt
en zo gaan we langzamerhand naar een verdere integratie toe. Nu zegt
de heer Rutgers dat in de overeenkomst staat, dat er een r.k. assistente
of hoofdassistente moet zijn. Spreker meent dat het juist in dit integratie-
groeiproces goed is dat er een r.k. assistente aanwezig is die zeer be-
paaldelijk vanuit haar eigen levensbeschouwelijke opvatting aan de eisen
en verlangens van het r.k. publiek kan voldoen. Het is natuurlijk zo dat
ook het andere personeel daar rekening mee moet houden en dat ook
zeker zal doen. Wanneer men naar een verdere specificatie zou willen en
b.v. een joodse of een prot. chr. assistente zou willen aanstellen, dan
gelooft spreker dat men veel te ver gaat met differentiëren. Zo is het ook
nooit geweest. Hier is alleen een scheiding geweest tussen algemeen en
katholiek. Dat dit langzamerhand meer in elkaar zal overgaan is een
begrijpelijke zaak en dat nu over de andere levensbeschouwelijke rich-
tingen niet is gesproken vindt spreker even begrijpelijk. Burgemeester en
wethouders zullen wanneer de mogelijkheid bestaat en de wenselijkheid
ontstaat naar een verdere ook levensbeschouweiijke integratie van deze
bibliotheek, daar zeker op attent zijn. Spreker meent dat voor het ogen-
blik, na een vrij ruim vooroverieg, een regeling is bereikt die slechts kan
worden toegejuicht.
Ten aanzien van de vraag of de directrice katholiek of niet katholiek
zal zijn, meent spreker dat het voor de hand ligt, zoals de heer Verkouw
al heeft gezegd, dat de directrice niet katholiek zal zijn, al behoeft het
naar sprekers idee niet helemaai uitgesloten te zijn dat, als alleen maar
een heel goede directrice te krijgen zou zijn die katholiek is. een katho-
lieke direetrice benoemd zou worden. Dan zou echter wel het bezwaar
ontstaan dat zij alleen vanuit haar eigen levensbeschouwelijke richting het
algemene werk zou kunnen beoordelen. Er zouden dan toch wel moeiiijk-
heden kunnen ontstaan, maar spreker dacht dat dit een theoretische moei-
lijkheid is waarvan op het ogenblik geen sprake is.
De besteding van het voor de r.k. afdeling uitgetrokken bedrag voor de
aankoop van boeken kan uit de aard der zaak het beste begeleid worden
door een r.k. commissie die dus kan bezien of bepaalde boeken wel of
niet moeten worden aangekocht.
Het is dus zö geworden, dat iedereen uit de gehele bibliotheek kan
putten, alleen wordt in een voorkomend geval aan de r.k. lezers gezegd
dat ee'n boek een bepaalde kwalificatie heeft. Die boeken worden, dat
vroeg de heer Enschedé, niet dan op uitdrukkelijk verzoek ter lezing
gegeven. Dat is natuurlijk op verzoek van de lezers zelf. Spreker dacht
dat dit in het betreffende artikel duidelijk tot uiting komt. Op wiens
verzoek zou het anders moeten zijn. Het zou nog kunnen dat de ouders
het doen.
Het reglement van de bibliotheek ligt uiteraard voor een ieder ter
inzage. Het is voor intern gebruik. Spreker zou het denkbaar vinden dat
het in de bibliotheek wordt opgehangen, maar iedereen kan het op verzoek
inzien.
Op de vraag of er aan het personeel geheimhouding is opgeiegd over de
boeken die aan iemand worden meegegeven antwoordt spreker, dat geen