17 december 1965 329 de leidingen verdrogen. Dus spreker is er tegen dat bij verkoop van een huis dit onderzoek incidenteel wordt gedaan want daar vangt men de kwaal niet mee op. Spreker is er toch wel erg voor dat er een keuring komt, maar dan moeten hierbij de normen niet zodanig gelegd worden dat het een gehele modernisering van de zaak betekent. Misschien zouden burgemeester en wethouders dit toch nog eens willen bezien. Wethouder Bekker antwoordt dat tussen november 1964 en november 1965 375 verhuizingen hebben plaatsgevonden. Op verzoek van de bewoners zijn daarnaast nog enige tientallen elektrische installaties gekeurd. De installaties zijn gekeurd op de wijze zoals de heer Prets die bedoelt. In bewoonde percelen zijn 104 leidingen afgekeurd en een spreker niet bekend aantal goedgekeurd. Spreker zal dit laatste aantai nog nagaan omdat dit natuurlijk een richtlijn geeft voor de toekomst. De leidingen worden tijdens de vernieuwing regelmatig gecontroleerd. Ook bij nieuwbouw-installaties wordt tijdens de aanleg regelmatig een onderzoek ingesteld. Spreker meent hiermee te hebben aangetoond dat, niettegenstaande personeelsmoeilijkhe- den, er toch zoveel mogelijk gecontroleerd wordt in verband met de veilig- heid. Spreker gelooft dat het college wel kan toezeggen dat niet alleen op de ingeslagen weg zal worden voortgegaan maar dat de controle, zo enigs- zins mogelijk, nog intensiever zal worden aangepakt. De heer Frets vindt het jammer dat niet bekend is welk percentage leidingen werd afgekeurd want dat is eigenlijk alleszeggend. Spreker ge- looft dat de keuringsnoodzaak van alle leidingen in de toekomst zal komen, maar aan de andere kant wil hij ervoor waarschuwen om de normen niet zodanig op te voeren dat er een totale modernisering uit voortkomt. De voorzitter zegt dat de aan te leggen normen volkomen veiligheid moeten waarborgen. Hierbij kan men geen water in de wijn doen. De heer Frets: ,,Neen, maar u kunt de soort wijn kiezen". De heer Kutgers zegt dat een aantal stopcontacten per kamer kan wor- den bepaald, waarbij de zaak heel veilig is, maar met één of twee stopcon- tacten per kamer kan men heel goed volstaan. Men moet daarbij niet te formeel te werk gaan. De voorzitter: ,,Er zijn landelijke regels en die moeten worden uitge- voerd. Daar kunnen wij niet van afwijken". De heer Rutgers: „Maar desondanks kun je nog van norm verschillen". Wethouder Bekker zegt dat men zich aan de landelijke regelen moet houden. Spreker gelooft dat het de bedoeling van de heren Frets en Rutgers is dat bij de controle in bewoonde woningen toch niet die strenge voor- schriften worden opgevolgd zoals die landelijk zijn voorgeschreven als de veiligheid daarbij niet in gevaar komt. De heer Frets: „Het gaat er om dat niet naar perfectionisme wordt ge- streefd, want de G.E.B.'s hebben over het algemeen die neiging". Wethouder Bekker: ,,Dat is niet de bedoeling". PUNT 20. De heer Brandsma heeft uit het antwoord van het college begrepen dat er bij de dienst van Openbare Werken nog wel vakatures zijn, maar dat men het beter acht om ze niet op de salarisstaat te vermelden. Het heeft spreker echter getroffen dat het college dit niet helemaal consequent doet, want bij Openbare Werken zijn vakatures in de administratieve sector wel vermeld. Spreker vindt dat niet de juiste methode. Hij kan zich indenken dat men de begroting niet al te zwaar wil belasten met salarisposten waar het niet nodig is. Dat is één taktiek, maar dan kan men ze eventueel pro

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1965 | | pagina 15