17 december 1965
349
orde is, het eerst in een formele rEiadsverg'adering' te behandelen en niet in
een informele bijeenkomst zoals die laatstelijk is gehouden.
De voorzitter: „Binnenskamers doen wij ditniet af."
De heer Scheer: ,,Ik dank u voor deze toezegging."
PUNT 34.
Mevrouw Vriesendorp blijft er bezwaar tegen hebben dat de gemeen-
telijke publikaties niet in een eigen blaadje worden opgenomen. Zij vindt
het voor de gemeente niet passend om haar officiële publikaties in de Heem-
steedse Courant te doen opnemen, omdat in die courant wel eens artikelen
verschijnen die bepaald heel kwalijk zijn.
De heer Verkouw heeft al zoveel woorden aan deze zaak gewijd dat hij
niet de moed had er weer opnieuw over te beginnen, maar nu mevrouw
Vriesendorp wel die moed heeft gehad, spreekt het vanzelf dat hij zich
graag bij haar mening wil aansluiten. Gevraagd is of burgemeester en
wethouders willen zorgen dat er meer gepubliceerd wordt maar in plaats
van daar antwoord op te geven spelen zij de bal terug door te zeggen dat
zij gaarne suggesties zullen vernemen met betrekking tot onderwerpen
waarover een publikatie nuttig is.
De voorzitter: ,,De heer Brandsma zegt dat hem alles interesseert en
dan zouden er boekdelen nodig zijn."
De heer Verkouw heeft daar zijn gedachten over laten gaan. Spreker
noemt een populaire uiteenzetting over de gemeentebegroting 1966, dat
geldt dus voor de toekomst ook. In Beverwijk is een dergelijke uiteenzet-
ting onder de bevolking verspreid, waarbij werd medegedeeld wanneer de
raadsvergaderingen worden gehouden. Zoiets kan natuurlijk veel uitvoe-
riger gegeven worden in een eigen gemeenteblad dan in de Heemsteedse
Courant. Spreker denkt voorts aan een artikel over de betekenis van het
gezondheidshuis, de procedure van de woonruimteverdeling, de werking
van de schoolartsen- en de schooltandartsendiensten (de snoepjes kunnen
dan ook aan de orde komen), hoe men een rijbewijs en een paspoort aan-
vraagt, een reeks over het foto-archief en een artikel over onze plantsoe-
nen. Deze voorbeelden zijn met talloze te vermeerderen. De voorzitter heeft
gisteren de lof gezwaaid over ons ambtenarenkorps. Spreker neemt aan dat
het zeker in staat is om hierover een aantal artikelen te produceren, ver-
lucht met mooie foto's.
In voorgaande vergaderingen heeft spreker al talloze woorden gewijd
aan de verhouding bevolking-overheid. Het lijkt hem dat het onderwerp
gisteren een beetje te uitputtend bij de algemene beschouwingen is behan-
deld. Dat doet het karakter van de algemene beschouwingen geweld aan.
Spreker wil er nu graag in concreto op terugkomen. De voorzitter spreekt
altijd met veel verve over het nieuwe raadhuis en hij weet hoe graag
spreker hem daarin steunt. Spreker heeft dan steeds de indruk dat de
voorzitter in de eerste plaats een goed functioneren van het gemeentelijk
apparaat doordat alle diensten bij elkaar zijn op het oog heeft, dat het
publiek behoorlijk ontvangen kan worden enz. Maar als er gesproken wordt
over het ontvangen van nieuwe inwoners of nieuwe kiezers dan bemerkt
spreker altijd weer dat de voorzitter in deze dingen niet veel plezier heeft.
Spreker wijst op de gehouden jongerenraadsvergadering in Zandvoort.
Daar is echt geen groot raadhuis voor nodig, dat kan hier dus ook gebeu-
ren. Spreker zou zo graag de burgemeester over zijn schroom heen willen
helpen. Spreker kan zich niet voorstellen dat de nieuwe inwoners niet
ontvangen kunnen worden omdat het raadhuis niet groot genoeg is, want
de nieuwe inwoners kunnen ook in groepen worden uitgenodigd. Zo zou
begonnen kunnen worden met de inwoners uit te nodigen die zich in
januari en februari in de gemeente hebben gevestigd. De voorzitter kan
dan duidelijk maken waarom niet alle nieuwe inwoners ontvangen kunnen