17 december 1965 361 nen. Iets dergelijks zou spreker wat betreft de woningbouwplannen, en met name voor dit plan, bijzonder op prijs stellen. Het is meestal zo, dat zo'n plan volledig wordt uitgewerkt, voordat het aan de raad wordt voor- gelegd en dan kan er eigenlijk weinig aan veranderd worden want het is erg tijdrovend als zo'n plan helemaal moet worden teruggenomen. Spre- ker begrijpt best dat burgemeester en wethouders zullen antwoorden dat die huizenbouw onderhand wel bekend is, maar spreker gelooft dat er bij dit plan sprake is van een soort systeembouw, waarvan wij eigenlijk heel weinig weten. Het is beslist niet houtrijk. Maar spreker zou het vervelend vinden als het plan, helemaai klaar zijnde, teleurstellend zou blijken te zijn en dat dan gezegd zou worden: wij hebben dit zo niet gewild, wij hadden toch eigenlijk in een eerder stadium daarover iets moeten weten. Spreker weet ook dat hij als tegenwerping zal krijgen dat hij ook al weer op de stoel van het college wil gaan zitten. Spreker vraagt echter niet dat de raad het recht krijgt om burgemeester en wethouders bepaalde dingen om- trent die bouw bindend voor te schrijven. Hij vraagt alleen, met het oog op het feit dat in systeembouw zal worden gebouwd, voor de raad een informele bijeenkomst te beleggen, waarop toelichting gegeven zou kunnen worden over de bouwtypen, de grootte van de woningen, enz. De heer Brandsma zou zich, zij het wat genuanceerd, willen aansluiten bij hetgeen de heer Van der Hulst heeft opgemerkt, niet om op de stoel van het college te gaan zitten, maar wel om een vlotte gang van zaken te bevorderen. Spreker denkt dan niet aan een raadpleging van de raad, want hij gelooft dat pas het woord aan de raad kan zijn wanneer de plannen op de normale, voorgeschreven wijze in ontwerp gereed zijn. Maar nu de wet- houder op het ogenblik bezig is om met een bepaalde aannemer, in overleg ook met de H.I.D. een pian te ontwerpen voor de bouw van 230 woningen en straks de raad dit plan zal presenteren, zou het, om verrassingen te voorkomen bij het beslissen door de raad, toch wel zinvol zijn, wanneer de wethouder de commissie voor openbare werken, c.q. de commissie voor de volkshuisvesting in dit soort van dingen niet mee laat beslissen maar daar toch een gesprek mee voert om deze eommissies dus een beetje mee te laten denken over de mogelijkheden die er zijn, enz. In die commissies zijn alle partijen vertegenwoordigd, zodat de commissieleden te voren in hun fracties over deze dingen kunnen praten. Dat kan allemaal heel vertrou- welijk zijn, en het hoeft helemaal de straat niet op als over dat soort van dingen wordt gesproken. Nu bestaat het gevaar dat de commissie die ad- vies moet geven over een pasklaar plan, met bezwaren komt die door de raad weer worden gedeeld en dan moet de zaak dus weer worden terug- gedraaid naar het beginpunt. Daarom zou spreker het toch wel op prijs stellen dat is een informele zaak dat bij het aanknopen van relaties met wie of wat dan ook, toch ook de betreffende commissie die zaak kan begeleiden. Met het antwoord op vraag 51 kan spreker zich wel verenigen. Hieruit blijkt dus dat een openbare aanbesteding, ja zelfs het uitnodigen van enkele aannemers, in het systeem dat de wethouder in zijn hoofd heeft, eenvoudig niet mogelijk is. Die consequentie van dit systeem moet men aanvaarden. Dit is nu weer zoiets, dat het zinvol kan zijn voor later, dat zo'n kwestie in een commissie is doorgepraat alvorens het project gereed ter tafel komt van de gemeenteraad zelve. Dan zijn de discussies al voor- bereid in de commissie en krijgt men dat niet in de openbare vergadering. Dat vindt spreker veel verstandiger. De heer Van der Linden constateert tot zijn genoegen dat hij met zijn pleidooi voor het aanbesteden van werken nogal bijval krijgt. Spreker heeft wel bemerkt dat zijn ideeën misschien toch niet meer volledig zijn waar te maken, maar naar zijn mening gaat de heer Brandsma wel een beetje ver als hij zegt dat zelfs een onderhandse aanbesteding op uitnodi-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1965 | | pagina 47