17 december 1965
365
voor U want U hebt woonruimte, spreker begrijpt dat dat gezegd wordt
dan werkt dat in de hand dat de hoofdbewoner de inwonenden met kwijt
raakt waardoor hij een volgende keer, of anderen, hiervan kennis dragen-
de zeker niet geneigd zullen zijn inwoning te geven. Spreker vraagt ot
het college in deze geest eens wil denken, ten einde de doorstroming te
bevorderen.
De heer Van der Linden gelooft dat als de weg wordt opgegaan zoals de
heer Rutgers zich die voorstelt, er dan alleen al werk genoeg is om ge-
vallen waarin bij inwoning moeilijkheden zijn ontstaan, op te lossen, welke
gevallen eigenlijk onoplosbaar zijn. Niemand kan verplicht worden inwo-
ning te nemen. Wanneer en dat komt herhaaldelijk voor moeilijk-
heden bij inwoning ontstaan, hetzij om de kinderen of omdat men elkaar
niet voldoende begrijpt, zodat men op een bepaald moment die inwomng
beu is, of dat door de groei van het inwonende gezin de ruimte te klein
wordt, waarna de inwonenden andere woonruimte krijgen, dan is men blij
dat m'en eraf is en dan begint men er niet meer aan.
De voorzitter heeft nu toegezegd de gedachte van de heer Willemse în
het college van burgemeester en wethouders te bespreken en daarover ook
het oordeel van de adviescommissie te vragen. Spreker is het met het idee
van de heer Willemse eens. Hij zal zijn standpunt in de adviescommissie
nog wel nader uiteenzetten. Volgens hem moet bij toewijzing van woon-
ruimte de urgentie maatgevend blijven. Z.i. moet ieder geval afzonderlijk
bekeken worden. Bij de toewijzing wordt er rekening mee gehouden dat
niet een heel groot huis aan twee mensen wordt toegewezen of zij wor-
den verplicht, zolang dat mogelijk is, inwoning te nemen. Wanneer een
iong paar beneden de leeftijdsgrens van 55 jaar een klein huis kan kopen
of door erfenis verkrijgt moet, zoals de voorschriften nu luiden, afwijzend
worden beschikt. Spreker zou er dan ook sterk op willen aandringen dat
de leeftijdsgrens van 55 jaar wordt losgelaten en ieder geval op zijn ur-
gentie wordt bekeken. Spreker heeft eens een rijksbetrekking geweigerd
omdat hij zich moest verplichten niet vöör zijn 28e jaar te trouwen. Spre-
ker meent dat men zelf moet kunnen beslissen op welke leeftijd men wil
trouwen. Dat recht moet niet in verband met het toekennen van woon-
ruimte aan banden worden gelegd.
De voorzitter: „De tegenstanders zullen het moeilijk krijgen na zo'n
pleidooi."
De heer Van der Hulst vraagt het college zoveel mogelijk te bevorderen
dat mensen die alleen of met hun tweeën een groot huis bewonen bereid
worden gevonden om een kleiner huis te betrekken of een gedeelte van
hun huis voor inwoning geschikt te maken. Spreker zou er echt niet voor
willen terugschrikken om, als dat mogelijk is, van gemeentewege daar zo-
veel tegemoetkoming in te geven dat men er bijna moreel toe verplicht
wordt.
De heer Brandsma wil zich, wat de opmerkingen van de heer Rutgers
betreft, aansluiten bij wat de heer Van der Linden daarover heeft gezegd.
Spreke'r vindt het een uitermate moeilijke zaak, want als de huisvestmgs-
commissie dergelijke toezeggingen gaat doen, zal men ze ook moeten kun-
nen honoreren. Een dergelijke toezegging zou zelfs tot gevolg kunnen
hebben dat de urgentie die door de commissie wordt gehanteerd en cue
steunt op de wet, daardoor wordt verstoord, want het zou best kunnen
zijn dat een jong stel, ergens inwoning gevonden hebbende, toch moeilijk-
heden krijgt met de hoofdbewoner en dus uit dien hoofde weer uit dat
pand moet verdwijnen waarna de commissie genoodzaakt is een woning of
een andere woonruimte aan te wijzen die in feite, afgemeten naar urgentie,
aan een ander toekomt.
Wat de doorstroming betreft heeft spreker van de wethouder begrepen